De Jonge: ‘Verwarmings- en koelinstallaties worden niet uitgesloten van renovatieregeling’

29.03.2022 Jan de Wit

De Jonge: ‘Verwarmings- en koelinstallaties worden niet uitgesloten van renovatieregeling’

Even leek het erop dat verwarmings- en koelingsinstallaties uitgezonderd zouden worden van de verplichting tot het opwekken van hernieuwbare energie bij een ingrijpende renovatie. Dit adviseerde de Raad van State namelijk vorig jaar. Hugo de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, heeft echter besloten dit advies terzijde te schuiven. Dit betekent dat de renovatie blijft als natuurlijk moment om de woning verder aardgasvrij te maken met een (hybride) warmtepomp.

De verplichting van een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie komt voort vanuit de Renewable Energy Directive II (RED II), een initiatief van de Europese Commissie. Europese woningen en gebouwen mogen in 2030 namelijk niet langer energielabel G hebben en per 2033 zal ook energielabel F verdwijnen.

Uiteindelijk moeten alle Europese gebouwen uiterlijk in 2050 energielabel A hebben. De Europese Commissie heeft bekend gemaakt hier 200 miljard euro ter ondersteuning voor uit te trekken. Negen procent van de woningen in Nederland heeft een energielabel F of G.

Lees ook: 200 miljard euro voor renovatie slecht geïsoleerde gebouwen

Sinds 1 februari geldt dat wanneer iemand 25 procent of meer van de oppervlakte van de gebouwschil in combinatie met een gehele of gedeeltelijke (minimaal een derde) vernieuwing van de verwarmings- en koelingsinstallatie wil renoveren, dat diegene verplicht is om een x-aantal kilowattuur aan hernieuwbare energie per meter oppervlakte per jaar op te gaan wekken. Het moet daarbij wel om maatregelen gaan die zich ook weer binnen tien jaar terugverdienen.

Lees ook: Verplicht hernieuwbare energie opwekken bij ingrijpende renovaties, wat betekent dat?

'Renovatie hét moment voor verduurzaming van de woning'
De gemeente toetst het percentage op basis van de bouwvergunning en op basis van een rekentool wordt er een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie uit zonnewarmte gevraagd. De energieopbrengst uit zonnewarmte wordt hier als rekentool gebruikt om de minimale hoeveelheid te bepalen.

“Een ingrijpende renovatie van een gebouw vindt mogelijk slechts één keer in de 30 jaar plaats. Over 30 jaar, ruim na 2050, dient de gebouwde omgeving in Nederland klimaatneutraal te zijn”, zo schreef toenmalig minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Kajsa Ollongren eind vorig jaar aan de Tweede Kamer.

“Klimaatneutraliteit in 2050 is een afspraak samen met andere lidstaten die door het kabinet wordt omarmd. Voor de gebouwde omgeving geldt dat een ingrijpende renovatie van een gebouw hét moment bij uitstek is om slimme keuzes te maken ten aanzien van de energievoorziening.”

De gebouwschil kan bestaan uit gevels (inclusief ramen en deuren), daken en vloeren. Bij twijfels over de praktische en financiële haalbaarheid wordt er gekeken naar een plan op maat. Hoewel een gevelaanpassing al snel over de 25 procent heen zal gaan, zal de gecombineerde eis met de verwarmings- koelinstallaties ervoor zorgen dat minder renovaties onder deze regeling zullen vallen.

Volgende stap in de warmtetransitie
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseerde Ollongren desondanks om deze regeling niet te laten gelden voor de vernieuwing van de verwarmings- of koelingsinstallaties. Zij schreef te “bezien op welke wijze aan dit advies uitvoering wordt gegeven”. Daarna trad Rutte IV echter aan en kwam dit dossier op het bord van minister De Jonge. Deze ging onlangs in op verschillende vragen van Peter de Groot, Kamerlid namens de VVD, over de renovatieregeling.

De Jonge schrijft in zijn beantwoording dat verwarmings- en koelinstallaties niet worden uitgesloten van de regeling. Daarbij vermeld hij ook wat al eerder uit de brief van Ollongren bleek, namelijk dat dit zou betekenen dat de verwarmings- of koelinstallatie in het gebouw dat ingrijpend gerenoveerd is, bij moet dragen aan een minimumwaarde hernieuwbare energie.

“Een gebouweigenaar kan namelijk ook via andere technieken voldoen aan de verplichting, bijvoorbeeld via het installeren van PV-panelen op het dak”, zo schrijft de minister. De eis geldt niet voor maatregelen die genomen moeten worden en die zich niet binnen tien jaar kunnen terugverdienen. Daarbij stelt De Jonge de regeling “haalbaar en uitvoerbaar” te vinden.

Ook liet de minister nog weten dat ontzorging en financiële ondersteuning van woningeigenaren wat hem “kernelementen” zijn in de aanpak voor de verduurzaming van woningen. “Zeker in deze vroege fase van de energietransitie.” In mei zullen deze elementen gepresenteerd worden in het programma verduurzaming gebouwde omgeving.

Correctie: In een eerdere versie van dit artikel stond dat dit besluit ertoe zou leiden dat er bij meer renovaties een verplichte opwek van hernieuwbare energie zou komen. Dat is onjuist. Door aan de gecombineerde eis van én minimaal 25 procent van de gebouwschil én vernieuwing van de verwarmings- en koelingsinstallatie vast te houden, vallen er juist minder renovaties onder deze regeling.

Meer weten? De Rijksoverheid heeft een Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie met een praktisch stappenplan voor de partijen die te maken krijgen met de eis geschreven.

Warmte365 - De Jonge: ‘Verwarmings- en koelinstallaties worden niet uitgesloten van renovatieregeling’

De Jonge: ‘Verwarmings- en koelinstallaties worden niet uitgesloten van renovatieregeling’

29.03.2022 Jan de Wit

De Jonge: ‘Verwarmings- en koelinstallaties worden niet uitgesloten van renovatieregeling’

Even leek het erop dat verwarmings- en koelingsinstallaties uitgezonderd zouden worden van de verplichting tot het opwekken van hernieuwbare energie bij een ingrijpende renovatie. Dit adviseerde de Raad van State namelijk vorig jaar. Hugo de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, heeft echter besloten dit advies terzijde te schuiven. Dit betekent dat de renovatie blijft als natuurlijk moment om de woning verder aardgasvrij te maken met een (hybride) warmtepomp.

De verplichting van een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie komt voort vanuit de Renewable Energy Directive II (RED II), een initiatief van de Europese Commissie. Europese woningen en gebouwen mogen in 2030 namelijk niet langer energielabel G hebben en per 2033 zal ook energielabel F verdwijnen.

Uiteindelijk moeten alle Europese gebouwen uiterlijk in 2050 energielabel A hebben. De Europese Commissie heeft bekend gemaakt hier 200 miljard euro ter ondersteuning voor uit te trekken. Negen procent van de woningen in Nederland heeft een energielabel F of G.

Lees ook: 200 miljard euro voor renovatie slecht geïsoleerde gebouwen

Sinds 1 februari geldt dat wanneer iemand 25 procent of meer van de oppervlakte van de gebouwschil in combinatie met een gehele of gedeeltelijke (minimaal een derde) vernieuwing van de verwarmings- en koelingsinstallatie wil renoveren, dat diegene verplicht is om een x-aantal kilowattuur aan hernieuwbare energie per meter oppervlakte per jaar op te gaan wekken. Het moet daarbij wel om maatregelen gaan die zich ook weer binnen tien jaar terugverdienen.

Lees ook: Verplicht hernieuwbare energie opwekken bij ingrijpende renovaties, wat betekent dat?

'Renovatie hét moment voor verduurzaming van de woning'
De gemeente toetst het percentage op basis van de bouwvergunning en op basis van een rekentool wordt er een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie uit zonnewarmte gevraagd. De energieopbrengst uit zonnewarmte wordt hier als rekentool gebruikt om de minimale hoeveelheid te bepalen.

“Een ingrijpende renovatie van een gebouw vindt mogelijk slechts één keer in de 30 jaar plaats. Over 30 jaar, ruim na 2050, dient de gebouwde omgeving in Nederland klimaatneutraal te zijn”, zo schreef toenmalig minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Kajsa Ollongren eind vorig jaar aan de Tweede Kamer.

“Klimaatneutraliteit in 2050 is een afspraak samen met andere lidstaten die door het kabinet wordt omarmd. Voor de gebouwde omgeving geldt dat een ingrijpende renovatie van een gebouw hét moment bij uitstek is om slimme keuzes te maken ten aanzien van de energievoorziening.”

De gebouwschil kan bestaan uit gevels (inclusief ramen en deuren), daken en vloeren. Bij twijfels over de praktische en financiële haalbaarheid wordt er gekeken naar een plan op maat. Hoewel een gevelaanpassing al snel over de 25 procent heen zal gaan, zal de gecombineerde eis met de verwarmings- koelinstallaties ervoor zorgen dat minder renovaties onder deze regeling zullen vallen.

Volgende stap in de warmtetransitie
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseerde Ollongren desondanks om deze regeling niet te laten gelden voor de vernieuwing van de verwarmings- of koelingsinstallaties. Zij schreef te “bezien op welke wijze aan dit advies uitvoering wordt gegeven”. Daarna trad Rutte IV echter aan en kwam dit dossier op het bord van minister De Jonge. Deze ging onlangs in op verschillende vragen van Peter de Groot, Kamerlid namens de VVD, over de renovatieregeling.

De Jonge schrijft in zijn beantwoording dat verwarmings- en koelinstallaties niet worden uitgesloten van de regeling. Daarbij vermeld hij ook wat al eerder uit de brief van Ollongren bleek, namelijk dat dit zou betekenen dat de verwarmings- of koelinstallatie in het gebouw dat ingrijpend gerenoveerd is, bij moet dragen aan een minimumwaarde hernieuwbare energie.

“Een gebouweigenaar kan namelijk ook via andere technieken voldoen aan de verplichting, bijvoorbeeld via het installeren van PV-panelen op het dak”, zo schrijft de minister. De eis geldt niet voor maatregelen die genomen moeten worden en die zich niet binnen tien jaar kunnen terugverdienen. Daarbij stelt De Jonge de regeling “haalbaar en uitvoerbaar” te vinden.

Ook liet de minister nog weten dat ontzorging en financiële ondersteuning van woningeigenaren wat hem “kernelementen” zijn in de aanpak voor de verduurzaming van woningen. “Zeker in deze vroege fase van de energietransitie.” In mei zullen deze elementen gepresenteerd worden in het programma verduurzaming gebouwde omgeving.

Correctie: In een eerdere versie van dit artikel stond dat dit besluit ertoe zou leiden dat er bij meer renovaties een verplichte opwek van hernieuwbare energie zou komen. Dat is onjuist. Door aan de gecombineerde eis van én minimaal 25 procent van de gebouwschil én vernieuwing van de verwarmings- en koelingsinstallatie vast te houden, vallen er juist minder renovaties onder deze regeling.

Meer weten? De Rijksoverheid heeft een Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie met een praktisch stappenplan voor de partijen die te maken krijgen met de eis geschreven.