Het drainagewater van de spoortunnel onder de Brennerpas wordt mogelijk gebruikt voor het verwarmen en koelen van huizen of zelfs hele stadsdelen in Innsbruck. Een onderzoeksteam onder leiding van de Technische Universiteit Graz is de mogelijkheden aan het onderzoeken, zo schrijft Think Geoenergy.

Na voltooiing in ongeveer tien jaar wordt verwacht dat de Brenner-basistunnel het verkeer tussen Italië en Oostenrijk zal ontlasten. Het is met 64 kilometer de langste spoortunnel ter wereld.

Een jaar testen

Binnen een jaar willen de onderzoekers met simulatiemodellen voor de Brenner-basistunnel een eerste inschatting maken van de maatregelen die nodig zijn om de hoogste energieopbrengst te behalen. Projectcoördinator Thomas Geisler van het Institute for Rock Mechanics and Tunneling geeft voorbeelden: “We testen of en hoe we de temperatuur van het drainagewater naar een hoger niveau kunnen tillen. Een denkbare variant zijn zogenaamde absorbeertechnieken, die op de binnenwand van de tunnel worden aangebracht en de bergwarmte absorberen. Daarnaast willen we kijken hoe je het water verstandig verdeelt over de huishoudens en hoe de warmtepompen en de warmtewisselaars gepland of aangepast moeten worden.​”

Voordelen

Vanwege de lengte en de helling richting Innsbruck stroomt het tunnelwater in de Brenner-basistunnel automatisch naar de stad zonder extra pompen. Daarnaast is er een verkenningstunnel onder de hoofdtunnels, die nagenoeg gereed is en waardoor in de toekomst ook het drainagewater van de hoofdtunnel wordt afgevoerd. In de verkenningstunnel kunnen concepten voor het opwekken van energie worden ontwikkeld die het spoorwegbedrijf niet hinderen. De implementatie gaat daarom gepaard met minder inspanning en lagere kosten dan bij vergelijkbare projecten het geval was.

Uitdaging

Toch blijft de uitdaging groot. Om het meest efficiënte systeem te kunnen identificeren, moeten de onderzoekers weten hoeveel water er beschikbaar is na voltooiing van de Brenner-basistunnel en wat de temperatuur is.

Het team wil ook kijken naar mogelijkheden om de techniek uiteindelijk bij andere (bestaande) tunnels in te zetten.