PBL-proefschrift legt lacunes klimaatinspanningen bloot van steden, regio’s en bedrijven

30.09.2022 Max Muller

PBL-proefschrift legt lacunes klimaatinspanningen bloot van steden, regio’s en bedrijven

Uit onderzoek van promovendus Mark Roelfsema, tevens werkzaam bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), blijkt dat de inspanningen van steden, regio’s en bedrijven om het Akkoord van Parijs te halen tegenvallen. Ondanks grote beloftes komt uit de analyse naar voren dat de plannen van deze actoren slechts zullen optellen tot 1,5 tot 2,5 procent extra broeikasgasreducties in 2030.  

In zijn promotieonderzoek Capturing climate actions in long-term scenarios neemt Roelfsema twee lacunes waar. Enerzijds is er een gat tussen wat landen beloven en wat nodig is om de doelstellingen van het Parijsakkoord te halen: er is sprake van een ‘ambitie-gat’. Anderzijds zorgt het zogeheten ‘implementatie-gat’ ervoor dat er een verschil is tussen was landen beloven en wat ze daadwerkelijk doen. Hetzelfde geldt voor steden, regio’s en bedrijven.

Toch observeert de PBL-onderzoeker ook positieve trends en methoden. Met behulp van het geïntegreerde klimaatmodel IMAGE evalueerde hij negen beleidsmatige best practices. Hieronder vallen bijvoorbeeld standaarden voor de efficiëntie van elektrische apparaten (Ecodesign) en Europese energiestandaarden voor de nieuwbouw (EPBD).

Ook een Braziliaans programma om de Amazone te beschermen en een Japans programma voor energiebesparing in de energie gelden als schoolvoorbeelden voor effectief beleid. “Landen zouden veel meer van elkaar kunnen leren. Dat is één van de belangrijkste lessen van mijn proefschrift”, aldus Roelfsema.

Roelfsema maakte voor zijn analyse gebruik van een integrated assessment model – een techniek om de gevolgen van beleidsmaatregelen voor emissiepaden nauwkeurig te evalueren. Na de goedkeuring van het Parijsakkoord verschuift de onderzoeksvraag van beleidsformulering (“waar gaan we naartoe?”) naar beleidsuitvoering (“hoe komen we daar?”).

De onderzoeker maakte bovendien gebruik van nieuwe inzichten uit de sociale en politieke wetenschappen om de effecten van verschillende beleidskeuzes accurater te verwerken in zijn voorspelmodel. Hiermee vormt zijn model een betere weergaven van de werkelijkheid, die in het verleden vooral gemodelleerd werd aan de hand van koolstofprijzen.  

Warmte365 - PBL-proefschrift legt lacunes klimaatinspanningen bloot van steden, regio’s en bedrijven

PBL-proefschrift legt lacunes klimaatinspanningen bloot van steden, regio’s en bedrijven

30.09.2022 Max Muller

PBL-proefschrift legt lacunes klimaatinspanningen bloot van steden, regio’s en bedrijven

Uit onderzoek van promovendus Mark Roelfsema, tevens werkzaam bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), blijkt dat de inspanningen van steden, regio’s en bedrijven om het Akkoord van Parijs te halen tegenvallen. Ondanks grote beloftes komt uit de analyse naar voren dat de plannen van deze actoren slechts zullen optellen tot 1,5 tot 2,5 procent extra broeikasgasreducties in 2030.  

In zijn promotieonderzoek Capturing climate actions in long-term scenarios neemt Roelfsema twee lacunes waar. Enerzijds is er een gat tussen wat landen beloven en wat nodig is om de doelstellingen van het Parijsakkoord te halen: er is sprake van een ‘ambitie-gat’. Anderzijds zorgt het zogeheten ‘implementatie-gat’ ervoor dat er een verschil is tussen was landen beloven en wat ze daadwerkelijk doen. Hetzelfde geldt voor steden, regio’s en bedrijven.

Toch observeert de PBL-onderzoeker ook positieve trends en methoden. Met behulp van het geïntegreerde klimaatmodel IMAGE evalueerde hij negen beleidsmatige best practices. Hieronder vallen bijvoorbeeld standaarden voor de efficiëntie van elektrische apparaten (Ecodesign) en Europese energiestandaarden voor de nieuwbouw (EPBD).

Ook een Braziliaans programma om de Amazone te beschermen en een Japans programma voor energiebesparing in de energie gelden als schoolvoorbeelden voor effectief beleid. “Landen zouden veel meer van elkaar kunnen leren. Dat is één van de belangrijkste lessen van mijn proefschrift”, aldus Roelfsema.

Roelfsema maakte voor zijn analyse gebruik van een integrated assessment model – een techniek om de gevolgen van beleidsmaatregelen voor emissiepaden nauwkeurig te evalueren. Na de goedkeuring van het Parijsakkoord verschuift de onderzoeksvraag van beleidsformulering (“waar gaan we naartoe?”) naar beleidsuitvoering (“hoe komen we daar?”).

De onderzoeker maakte bovendien gebruik van nieuwe inzichten uit de sociale en politieke wetenschappen om de effecten van verschillende beleidskeuzes accurater te verwerken in zijn voorspelmodel. Hiermee vormt zijn model een betere weergaven van de werkelijkheid, die in het verleden vooral gemodelleerd werd aan de hand van koolstofprijzen.