Begin van dit jaar werden er kamervragen ingediend over de kostenstijging die ontstaat door de BENG-norm. De kosten van nieuwbouwwoningen zouden met maar liefst 16% stijgen werd berekend. Minister Ollongren stelt in haar antwoord dat dit niet klopt.

Halverwege januari 2021 berekende de DBD (kenniscentrum op gebied van bouw(kosten)data) de stijging van de bouwkosten doordat woningen moeten voldoen aan de BENG-norm. De kosten zouden maar liefst 11 tot 16% kunnen stijgen als gevoel van de strenge eisen waaraan woningen tegenwoordig moeten voldoen.

Irrelevant

5 tot 10% van de verhoogde kosten zijn volgens Ted Peek, kostenexpert, te wijden aan de BENG-norm. De rest is toe te schrijven aan de verplichting om gasvrij te bouwen. Aan de hand van deze berekening zijn Kamervragen gesteld waar nu antwoord op wordt gegeven.

In een reactie weerlegt minister Ollongren de aanname. “Volgens het door Cobouw geciteerde BDB (het kenniscentrum dat Arc adisadviseert)-rapport is de verwachte aan BENG-eisengerelateerde kostenstijging geen 16%, maar 4-8%. Dit is door BDB op basis van referentieprojecten als prognose berekend.Volgens de geïnterviewden in hetzelfde Cobouw-artikel van 9 februari 2021, is in de praktijk –  dus niet op basis van referentieprojecten – vooralsnog maximaal 3% van de kostenstijging BENG-eisen gerelateerd.”

Nader onderzoek noodzakelijk

De brief vervolgt: “De overige kosten zouden volgens BDB aan de Wet VET (Wet Voortgang Energietransitie) gerelateerd zijn. Deze wijziging is per 1 juli 2018 ingegaan en regelt dat de aansluitplicht voor aardgas vervalt. Deze wet valt onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Economische Zaken en Klimaat.”

Later wordt gesteld dat er nader onderzoek benodigd is om te kunnen concluderen wat de daadwerkelijk kostenstijging als gevolg van de BENG-eisen is. Ollongren deelt de mening dat de kostenstijging zoveel mogelijk moet worden beperkt. Volgens haar moet er echter wel rekening worden gehouden met een kostenstijging als gevolg van marktomstandigheden. “Bouwmaterialen stijgen in prijs, lonen stijgen en aannemers rekenen met hogere marges.”