Vanaf morgen geldt de aangescherpte energiesparingsplicht voor bedrijven en instellingen. Veel bedrijven en instellingen zijn al verplicht om energiebesparende maatregelen te nemen die zich in vijf jaar of minder terugverdienen, maar om meer tempo te maken met energiebesparing vallen vanaf 1 juli meer maatregelen en meer bedrijven en instellingen onder de plicht om het energiegebruik waar mogelijk te verlagen of te verduurzamen. Zij moeten uiterlijk 1 december 2023 hierover rapporteren via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

Vestigingen van bedrijven en instellingen met een jaarlijks gebruik van minimaal 50.000 kilowattuur elektriciteit of 25.000 kubieke meter aardgas(equivalenten) hebben een informatieplicht om te rapporteren over de uitgevoerde en nog uit te voeren maatregelen. Vanaf 10 miljoen kilowattuur elektriciteit of 170.000 kubieke meter gas(equivalenten) geldt een onderzoeksplicht.

Het gaat hierbij om 149 mogelijke maatregelen die op de Erkende maatregelenlijst energiebesparing staan. Toezicht en handhaving op de energiebesparings-, informatie- en onderzoeksplicht bestaat al, maar komt vanaf 1 juli bij de 29 regionale omgevingsdiensten te liggen.

De bestaande energiebesparingsplicht is uitgebreid naar bedrijven en instellingen die onder het Europese emissiehandelssysteem (EU ETS) vallen. Zo vallen ook de glastuinbouw en bedrijven die een omgevingsvergunning milieu nodig hebben, zoals afvalverwerkingsbedrijven en zware industriële bedrijven, vanaf 1 juli 2023 onder de plicht.

Ook het aantal energiebesparende maatregelen op de Erkende maatregelenlijst energiebesparing is uitgebreid. Nog steeds geldt dat de maatregel zichzelf binnen vijf jaar moet kunnen terugverdienen en tot een CO2-besparing leidt. Op korte termijn komt er volgens de Rijksoverheid een aparte lijst voor de glastuinbouwsector met een eigen terugverdientijdmethodiek vanwege afwijkende energieprijzen.