Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Den Haag is voornemens de overeenkomsten met Gasunie voor de komst van de hoofdtransportleiding WarmtelinQ te ondertekenen. Ondanks dat de gemeenteraad het college had verzocht te wachten op een uitspraak van de Raad van State, dat meldt Stichting Warmtenetwerk op basis van berichtgeving van Energeia en Omroep West.

Met de aanleg van de ondergrondse leiding komt restwarmte van bedrijven uit de haven beschikbaar voor maximaal 120.000 woningen en andere gebouwen in de provincie Zuid-Holland. Over de aanleg van WarmtelinQ wordt al een behoorlijke periode gesteggeld.

Toen het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en Gasunie eind vorig jaar het definitieve investeringsbesluit namen voor de aanleg van een warmteleiding van de Rotterdamse haven naar Den Haag, leek het pleit beslecht.

Lees ook: Bouw WarmtelinQ van start

Maar in Den Haag ontstond kritiek op het aanleggen van de hoofdtransportleiding. Hiervoor moeten namelijk vele straten worden opengebroken, wat zonder twijfel tot overlast zal leiden voor bewoners.

Aan de andere kant riepen de partijen – die betrokken zijn bij WarmtelinQ – de gemeenteraad juist op om haast te maken met de lokale keuzes. De meeste andere Zuid-Hollandse gemeenten hebben al overeenkomsten over de aanleg van de leiding getekend en de aanleg heeft al meerdere malen vertraging opgelopen.

De gemeenteraad verzocht het college bijvoorbeeld om bezwaar te maken tegen het provinciale inpassingsplan voor WarmtelinQ. De gemeenteraad wil nu dat het college eerst wacht op de uitspraak van de Raad van State. Het college is hier echter niet in meegegaan.