In 2023 werden er 150.000 warmtepompen verkocht, dat zijn er 40.000 meer dan in het jaar ervoor. Daarmee bereikten warmtepompen een marktaandeel van 30 procent, wat voor het eerst duidelijk ten koste ging van de verkoop van gasketels, dat meldt de Vereniging Warmtepompen.

De meeste warmtepompen werden verkocht voor de bestaande bouw, bijna 110.000 stuks (waarvan minstens de helft hybride). Dat aantal is verdubbeld ten opzichte van 2022, toen er ruim 50.000 stuks werden verkocht. Voor de nieuwbouw werden meer dan 40.000 (all-electric) warmtepompen aangeschaft.

In de eerste drie kwartalen van 2023 was de verkoop van warmtepompen 80 procent hoger dan in dezelfde periode in 2022. Dit had te maken met omstandigheden van voorgaande jaren: hoge gasprijzen, vertraagde leveringen, logistieke problemen en materiaaltekorten. Door de groei in de  eerste kwartalen van 2023, werd een totale verkoop van 170.000 stuks in het jaar verwacht. Maar door een dalende verkoop in het vierde kwartaal werd niet aan die verwachting voldaan.

De daling in verkoopcijfers in het vierde kwartaal betekent niet automatisch een krimp in het aantal geïnstalleerde warmtepompen. Volgens de branche is dit ook te verklaren doordat groothandels en installateurs hun voorraden hebben afgeschaald. Er wordt namelijk verwacht dat in 2024 de verkoop van warmtepompen voor woningen zal stabiliseren rond de 150.000 stuks. Dit komt voornamelijk door de beperkte capaciteit van de installatiebranche. Daarnaast zorgen dalende gasprijzen voor minder stimulans om een warmtepomp aan te schaffen en zijn beleidsmakers terughoudend door zorgen om congestie op het elektriciteitsnet.