Het kabinet trekt het enorme bedrag van 8,5 miljard euro uit voor het wegwerken van de achterstanden in het onderwijs.  "Maar waar blijft de impuls voor het techniekonderwijs?" vraagt Doekle Terpstra van Techniek Nederland zich af.

Nog altijd kiezen te weinig jongeren in mbo, hbo en wo voor een technische opleiding. Terwijl de loopbaankansen nergens zo goed zijn als in de techniek. De plotselinge vorstperiode, eerder deze maand, drukte veel Nederlanders weer eens met de neus op de feiten: we kunnen niet zonder technici. We hebben ze nodig om ons uit de kou te redden en ons voor te bereiden op 2050.

Onderwijsplan Techniek voor de Toekomst

Alle technische handen, jong of wat ouder, die er zijn, zijn keihard nodig om de energietransitie voor elkaar te krijgen. Dit lijkt in Den Haag nog niet zo door te dringen, ondanks de diverse noodoproepen van onder andere de heer Terpstra. Kortgeleden bracht Techniek Nederland zijn eigen Onderwijsplan Techniek voor de Toekomst uit.

De belangrijkste actiepunten in dit plan zijn onder andere het afstemmen van de financiering van het beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt, een bonus voor mbo'ers techniek die hun diploma halen, geen collegegeld voor techniekstudenten, steun voor werkgevers die zij-instromers aantrekken en flexibele, intensieve en toegankelijke opleidingen voor deze zij-instromers, richt een vak-havo op met 80% theorie en 20% beroepsgerichte vakken, introduceer techniek al op de basisschool en zet oudere  werknemers in de techniek in als hybride docenten.

Cursussen voor 50- en 60-plussers

Vooral dit laatste wordt ondersteund door Wij Techniek, het ontwikkelingsfonds voor de technische installatiebranche. Zij organiseren cursussen voor 50- en 60-plussers: ‘Sterk in je werk’. En die lopen als een trein.

Wim van Hout, een van de ontwikkelaars van de training: “Er zijn veel vooroordelen over 50- en 60+’ers, maar ze zijn goud waard voor het bedrijf. Zonder hen stort de branche in elkaar. Daar hebben ze zelf overigens vaak niet zo bij stilgestaan. Uit onderzoekt blijkt, dat de meeste werkgevers de oudere werknemers loyaal vinden en dat ze het bedrijf stabiliteit geven. Ze kunnen heel goed jongeren begeleiden en daardoor binden. Ze weten na 30 jaar of meer precies hoe alles werkt. Oudere werknemers ‘denken na voordat ze gaan doen’ en doen klussen meestal ‘in één keer goed’. En: ze zijn mentaal vaak gezonder dan jongeren.”

Onderwerpen die vaak aan de orde komen zijn: hoe ga je om met stress en werkdruk? Hoe houd je balans in werk en privé? Welke invloed heb ik eigenlijk? Hoe ga ik om met tegenslagen of spannende veranderingen? Wat leer ik van jongere generaties? Maar ook: zal ik een opleiding doen en word ik hybride docent? Al die jaren werkervaring zijn onbetaalbaar en als men die kan gebruiken om de  jeugd op te leiden zijn er alleen maar winnaars.