CE Delft: 'Teruggave energiebelasting aan lage inkomens biedt de meeste voordelen'
12.08.2022 Jan de Wit
Sinds eind 2021 zijn de energieprijzen sterk toegenomen en de oorlog in Oekraïne heeft dit probleem nog verder vergroot. Op dit moment staat de overheid onder druk om met maatregelen te komen om huishoudens opnieuw te compenseren, maar op de vorige maatregelen ontstond veel kritiek. Die zouden te generiek zijn geweest waardoor met name huishoudens profiteerden die de compensatie niet nodig hadden. Op verzoek van Eneco heeft CE Delft nu zes mogelijke compensatiemaatregelen uitgedacht.
Op 26 augustus is de deadline voor de begroting die het kabinet op Prinsjesdag zal presenteren. Dan moeten de coalitiepartijen eruit zijn hoe de oplossing voor de dalende koopkracht eruit moet zien. Want dat er iets moet gebeuren, daar lijken alle partijen het wel over eens, maar wat?
Om huishoudens met een laag inkomen te compenseren voor de extra energiekosten in januari 2022 ten opzichte van de energierekening in 2021, was per huishouden gemiddeld 1.591 euro nodig. Met de huidige prijzen zijn de energielasten – bij gelijkblijvend gebruik – nog hoger.
Daarbij erkent CE delft dat huishoudens in de praktijk waarschijnlijk minder energie zullen verbruiken, omdat de prijzen hoog zijn en de meeste mensen zullen proberen om hun verbruik terug te schroeven.
Ongeacht de financiële compensatievorm die het kabinet kiest, blijft CE Delft benadrukken dat alle verduurzamingsmaatregelen, zoals isolatie en het overschakelen op duurzame warmtetechnieken, nuttig zijn. De investeringskosten zijn weliswaar relatief hoog, maar ze hebben een structureel, blijvend effect. Ook gaat het vaak om maatregelen die hoe dan ook nodig zijn om Nederland aardgasvrij te maken.
Waarom deze studie?
Eneco vroeg CE Delft hierom omdat de energieleveranciers het belangrijk vindt “dat het energiegebruik van huishoudens duurzamer wordt en tegelijkertijd betaalbaar blijft”. Om huishoudens te compenseren voor de hoge energieprijzen bedacht het onderzoeksbureau zes mogelijke maatregelen.
De zes maatregelen zijn een sociaal energietarief, een energietoeslag uitgekeerd door gemeenten, een energietoeslag gekoppeld aan de zorgtoeslag, een generieke verhoging van de teruggave energiebelasting, een verhoging van de teruggave energiebelasting voor huishoudens met een laag inkomen of een budget, dan wel voucher voor energiekosten.
Daarbij vergelijkt CE Delft de maatregelen qua doelgroep – worden de juiste huishoudens gecompenseerd, uitvoerbaarheid voor de energieleverancier, gemeente en Belastingdienst, en effect op inkomensgroepen, overheidsfinanciën en energiebesparing – zorgt de maatregel voor een verduurzamingsprikkel?
Sociaal energietarief
Huishoudens met een laag inkomen zouden met deze maatregel een gereduceerd energietarief krijgen. CE Delft hanteert een grens van tot 120 procent van het sociaal minimum als laag inkomen. Dit heeft als voordeel dat hulp heel gericht terechtkomt tegen relatief lage kosten voor het Rijk. Ook vraagt het relatief weinig inspanning van de Belastingdienst en kan de compensatie worden verrekend met de energierekening.
Daar staat tegenover dat het veel extra inspanningen vraagt van de energieleveranciers, omdat zij een nieuw tariefsysteem op zullen moeten zetten en financiële risico’s lopen aan de inkoopkant. Ook neemt de verduurzamingsprikkel af, zijn er ook huishoudens boven de gehanteerde inkomens grens die moeite hebben de energierekening te betalen en bestaat er risico op armoedeval – verlies van inkomensafhankelijke voorzieningen.
Energietoeslag uitgekeerd door gemeenten
Door gemeenten een energietoeslag te laten uitkeren aan huishoudens met een laag inkomen heeft volgens CE Delft als enige voordeel dat de kosten voor het Rijk relatief laag blijven.
De gemeentelijke energietoeslag is een jaarlijkse uitkering, terwijl de energierekening maandelijks op de mat ploft. Mede daardoor is er risico dat de compensatie niet aan energie wordt besteed. Daarnaast staat de uitvoeringcapaciteit bij gemeenten al behoorlijk onder druk en zijn niet alle huishoudens automatisch in beeld. Sommigen zouden zich zelf moeten melden.
Ook hiervoor geldt weer dat er ook huishoudens boven de gehanteerde inkomens grens die moeite hebben de energierekening te betalen en bestaat er risico op armoedeval.
Energietoeslag gekoppeld aan de zorgtoeslag
De energietoeslag koppelen aan de zorgtoeslag zou ook relatief grote groep huishoudens met een laag inkomen compenseren en er is geen sprake van een alles-of-niets-scenario, de hoogte van de toeslag is afhankelijk van het inkomen. Van de Belastingdienst zou het een beperkte inspanning vragen.
Aan de andere kant moeten de energieleveranciers ook voor deze oplossing het systeem aanpassen, wat een behoorlijke inspanning vraagt in een sector die al met grote personeelstekorten kampt. Ook is er in dit scenario weer kans op armoedeval.
Generieke verhoging van de teruggave energiebelasting
Een generieke verhoging zou gemakkelijk uitvoerbaar zijn voor de energieleveranciers, iedereen ontvangt immers eenzelfde verhoogde teruggave die verrekend kan worden met de energierekening. Het brengt echter enorme kosten voor het Rijk met zich mee en er worden opnieuw huishoudens gecompenseerd die dit niet nodig hebben.
Verhoging van de teruggave energiebelasting voor huishoudens met een laag inkomen
Door alleen huishoudens met een laag inkomen een verhoogde teruggave te bieden kan het Rijk de kosten relatief laag houden en de compensatie kan worden verrekend met energierekening.
CE Delft wijst erop dat deze maatregel ook via het Portaal voor Inkomensafhankelijke Huurverhoging uitgevoerd kan worden. Dat zou een beperkte inspanning van de Belastingdienst vragen en het biedt de mogelijkheid om ook de huishoudens met middeninkomens te compenseren.
Hoewel ook deze maatregel een risico heeft op armoedeval, vereist het maar een beperkte inspanning van de energieleveranciers. Zij hoeven geen nieuw systeem op te tuigen, maar enkel een bestaand systeem aan te passen. Volgens CE Delft heeft deze maatregel de meeste voordelen van de zes.
Budget of voucher voor energiekosten
Ten slotte kan het Rijk tegen relatief lage kosten budgetten of vouchers voor energiekosten uitdelen. CE Delft vergelijkt deze maatregel met het STAP-budget dat iedereen kan aanvragen bij het Rijk. Ook deze maatregel kan worden verrekend met de energierekening.
Toch brengt deze maatregel significante nadelen met zich mee, omdat het een actieve inspanning van huishoudens vraagt waardoor sommige huishoudens de compensatie zullen mislopen. Daarnaast vereist het extra inspanningen van de Belastingdienst, organisaties als RVO en de energieleveranciers, bereikt dit niet de huishoudens boven de gehanteerde inkomens grens die moeite hebben de energierekening te betalen en is er risico op armoedeval.
Al met al biedt de verhoging van de teruggave energiebelasting voor huishoudens met een laag inkomen de meeste voordelen volgens CE Delft. De maatregel gaat namelijk niet ten koste van de prikkel om energie te besparen, wat belangrijk is omdat hoge energieprijzen een terugkerend thema lijkt te worden.
Ook komt het compensatiebedrag direct ten goede van de energierekening, kan het Portaal voor Inkomensafhankelijke Huurverhoging worden gebruikt voor de inkomenstoets, is de extra benodigde uitvoeringscapaciteit bij de Belastingdienst naar verwachting beperkt en kunnen mogelijk ook middeninkomens gecompenseerd worden.