Als energy transition consultant bij de Port of Amsterdam probeert Ellen van der Veer de lange termijn in de gaten te houden en de haven de groene richting op te sturen. Een flinke klus, aangezien het de grootste benzine-opslaghaven ter wereld en daarmee een toonaangevende speler op de oliemarkt is. Des te meer reden om aan de slag te gaan.

“In mijn werk op de strategieafdeling probeer ik de Port of Amsterdam op de lange termijn te ondersteunen in het maken van een energietransitie”, vertelt Van der Veer. “In een haven draait veel op de korte termijn, zoals het stroomlijnen van het in- en uitladen van schepen.

”De energietransitie is echt een kwestie van de lange termijn. Samen met mijn team adviseer ik de haven hoe we de stap kunnen zetten naar minderen fossiele brandstof en het verduurzamen van onze activiteiten.”

De recente ontwikkelingen ontmoedigen Van der Veer zeker niet. Het is voor haar juist een aansporing om nu echt werk van de energietransitie te maken. “Het IPCC-rapport dat het niet hard genoeg gaat. Er zijn zat duurzame projecten die al lopen, maar de implementatie lukt nog onvoldoende.”

Zij denkt dat er bij velen een andere mindset moet komen. “De échte wil om door te pakken ontbreekt bij veel mensen. Er is altijd wel weer de roep om meer geld of onderzoek, maar het rapport van de IPCC heeft de urgentie maar weer eens benadrukt. We moeten er nu de schouders onder zetten.”

Belangrijke rol voor groene waterstof
De Port of Amsterdam ziet een belangrijke rol weggelegd voor groene waterstof, omdat dit de energietransitie ook geschikt moet maken voor sectoren die lastig te verduurzamen blijken. “Niet omdat dit de heilige graal is, maar met name voor de industriële sector is het zeer geschikt”, stelt Van der Veer.

“Wij willen tot 1 miljoen ton groene waterstof importeren in 2030 voor eigen gebruik en overslag richting het Ruhrgebied. Dat is een flinke ambitie, maar ik ben ervan overtuigd dat er meer kan dan nu vaak wordt gedacht. De energietransitie is een flinke opgave, waar ik het liefst gisteren al mee aan de slag was gaan, maar het is nog niet te laat.”

Transport wordt volgens haar hiervoor een belangrijke uitdaging. “Het transporteren van waterstof is lastig. Wij werken samen met het consortium H2GATE aan routes om waterstof aan moleculen te koppelen, daarna kan het verplaatst worden. Het brengt nogal wat uitdagingen met zich mee om dat allemaal veilig te laten gebeuren, daarom kijken wij naar de mogelijkheden van scheepstransport.”

Grotere rol voor Den Haag
Van der Veer hoopt dat Den Haag de regie de komende jaren naar zich toetrekt om de energietransitie te versnellen. “Bedrijven ontwikkelen zich vooral door economische drijfveren en er worden vanuit het Rijk ook wel stappen ondernomen om de verduurzaming te stimuleren, maar de echte regie ontbreekt.

Nederland kent ook genoeg kennisinstellingen, maar de stap van theoretisch beleid naar praktische toepassingen gaat in mijn ogen nog te vaak te moeizaam. Er moeten meer concrete plannen gemaakt worden.”

Met verbazing heeft ze daarom naar de debatten in de aanloop van de Tweede Kamerverkiezingen zitten kijken. “Het ging veel te weinig over het klimaat en de energietransitie, wat gezien de impact echt verbazingwekkend is. Het moet in Nederland veel meer over de energietransitie gaan en wat hier geschikt beleid voor is.”

In de reeks ‘Duurzame jonge talenten’ geven de aanstromende duurzame talenten van de energiesector hun visie op de energietransitie. De jonge ondernemers zijn geselecteerd op basis van de Duurzame Jonge 100, een initiatief van SustainableMotion om Nederland te laten zien dat duurzaamheid nu al mogelijk is.