Geothermie-sector doet gezamenlijk onderzoek voor efficiëntere en toegankelijke warmte

22.07.2025 Evelien Schreurs

Geothermie-sector doet gezamenlijk onderzoek voor efficiëntere en toegankelijke warmte
©Geothermie Nederland

In het Geo4all project werkt de geothermie-sector samen aan het verbeteren van de winning van aardwarmte in Nederland. Door geothermie efficiënter te maken, moet het betaalbaarder en toegankelijker worden. Om dat te bereiken wordt onderzoek gedaan naar ondiepe boringen, worden er nieuwe technieken ontwikkeld, uitgebreide metingen verricht en wordt data-analyse verbeterd.

Aan de basis van het onderzoeksproject ligt het efficiënter maken van de winning van aardwarmte. “Zodat het uiteindelijk goedkoper en breder toepasbaar wordt”, aldus Radboud Vorage, de voorzitter van het project. “Maar het is ook het samenwerkingsproject met de meeste deelnemers uit de geothermie-sector, dus het is vóór de hele geothermie sector.”

Het Geo4all-project is opgezet naar aanleiding van een inventarisatie uit 2021, waarin werd onderzocht welke innovatiebehoeften er zijn in de geothermie sector.  Aan het GEO4ALL doen 23 partijen mee. Initiatiefnemers zijn Geothermie Nederland, EBN en TNO. Maar daarnaast doen partijen zoals lokale warmteleverancier Ennatuurlijk, warmtenet-ontwikkelaar HVC en warmtepompproducent Itho Daalderop mee.

Het project moet geothermie een boost geven om als warmtebron betaalbaarder, duurzamer en op grotere schaal toepasbaar te worden. Ook nu de elektriciteit steeds duurder wordt, is het belangrijk om de opwek en het transport van aardwarmte efficiënter te maken, zegt Vorage.

Belangrijk doel van het project is om aardwarmte zo efficiënt mogelijk op te wekken, te transporteren en gebruiken. Waar een warmtepomp een Coefficient of performance (COP) heeft van gemiddeld 4 of 5, is dat voor geothermieprojecten ergens tussen de 15 en 25. Volgens Vorage kan met de resultaten van het Geo4all project die COP uiteindelijk 10 tot 20 procent verbeterd worden.

“We moeten zuinig met elektra omgaan, soms hebben we heel veel, maar soms hebben we ook heel weinig op het net. Als er veel duurzame stroom op het net is, kan je bijvoorbeeld de geothermieborn harder laten lopen en de warmte opslaan”, aldus Vorage. “Ons programma richt zich op verschillende manieren erop om die COP de verbeteren. Dan ga je efficiënter om met elektra, maar ook om uiteindelijk de kostprijs van de warmte die je maakt, zo laag mogelijk te houden.” Door geothermie als warmtebron betaalbaar te houden, wordt het toegankelijker voor een grotere doelgroep.

Ondiepe boringen en waterstromingen meten

Het Geo4all-project is opgedeeld in verschillende werkpakketten die elk op hun eigen manier de opwek van geothermie efficiënter maken.

In een van de werkpakketten wordt onderzoek gedaan naar ondiepe boringen. Deze boringen vinden plaats op 500 tot 1.500 meter diepte. Deze ondiepe boringen hebben grote potentie omdat de warmte gewonnen kan worden tegen lagere kosten. Echter zijn deze boorputten minder stabiel in vergelijking met de ‘reguliere’ geothermie-boringen.

In het GEO4ALL-project wordt de data en ervaringen van bestaande ondiepe boringen in Nederland verzameld, om daarmee de ‘do’s en dont’s’ op een rij te hebben voor toekomstige ondiepe geothermie projecten.

Voor een van de andere werkpakketten wordt glasvezel geïnstalleerd bij een ondiep geothermie systeem dat Museum Vosbergen gaat voorzien van warmte. Hierdoor kunnen nauwkeuriger metingen uitgevoerd worden. Normaal wordt namelijk alleen het ingaande en uitgaande water gemeten, maar in dit project wordt de temperatuur gemeten over een lengte van 490 meter om meer inzicht te krijgen in wat er ondergronds allemaal gebeurt, vertelt Vorage. Zo wordt het museum van duurzame warmte voorzien en worden tegelijkertijd inzichten opgedaan voor toekomstige geothermie-projecten.

Het verzamelen en analyseren van data zijn dus belangrijke onderdelen van het Geo4all project. Daarom is een ander aspect ook het ontwikkelen van kunstmatige intelligentie die deze data slim gebruikt, vertelt Vorage. “Bij geothermie is het heel belangrijk dat je veel data verzamelt zodat het systeem optimaal loopt en dat je de warmtevraag van de klant kan voorspellen, zodat je altijd kan voorzien in de warmtevraag.”

Het project is vorige zomer gestart. In die tijd is al veel data over ondiepe putten verzameld, de glasvezel om metingen te verrichten in museum Vosbergen is onlangs geïnstalleerd en dit voorjaar zijn er metingen verricht in een onderzoek naar de manier waarop de ‘koudebel’ in de aarde zich ontwikkelt als je enkele jaren een geothermie systeem in gebruik hebt.

De lessen die getrokken worden uit GEO4ALL hoeven dus niet te wachten op de eindstreep van het project in 2028, maar kunnen nu al worden toegepast in de praktijk. Vorage hoopt dat in 2028 de verschillende werkpakketten volledig zijn afgerond en dat deze gezamenlijk bijdragen aan een efficiëntere geothermie-opwek.