Hoe kijken politieke partijen in hun verkiezingsprogramma’s naar de warmtetransitie?

29.09.2025 Sjoerd Rispens

Hoe kijken politieke partijen in hun verkiezingsprogramma’s naar de warmtetransitie?

Op 29 oktober mag Nederland weer naar de stembus voor de Tweede Kamerverkiezingen. De conceptverkiezingsprogramma’s zijn inmiddels gepubliceerd. De warmtetransitie is niet meer weg te denken uit de partijprogramma’s. Zijn er opvallende voorstellen? Zijn die haalbaar? Of moet er met een vergrootglas naar warmtepompen- en netten gezocht worden? In dit artikel komen de visies van partijen op warmtepompen, fossiele brandstoffen en CO2 aan bod.

Om te beginnen, hoe kijken partijen aan tegen warmtepompen en warmtenetten? De Partij voor de Vrijheid (PVV), momenteel de grootste partij, geeft in haar partijprogramma aan dat er wat hen betreft geen verplichte warmtepomp moet komen voor consumenten. De PvdA-GroenLinks wil juist wel inzetten op warmte- en koudenetten, en wil gemeenten hierbij zoveel mogelijk ondersteunen. Bewonersinitiatieven zijn volgens de partij van harte welkom. Er wordt in het verkiezingsprogramma’s niet gerept over warmtepompen. Ook VOLT weer meer inzetten op warmte- en koudenetten.

De Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) geeft in haar programma aan het gebruik van warmtepompen te willen stimuleren. “We gaan onderzoeken of dit via leasevormen kan, waarbij ook isolatie en zonnepanelen via de energierekening worden afbetaald.” De Partij van de Dieren (PvdD) geeft aan te willen stoppen met warmtenetten aangesloten op de fossiele industrie, zoals raffinaderijen en afvalverbrandingsinstallaties. “Er komen (fiscaal) goede regelingen voor het opwekken van energie op wijkniveau, en het opslaan van energie in buurtbatterijen of een buurtwarmtepomp. Hierdoor kunnen hele wijken samen energie opwekken en delen.” Ook het Christen-Democratisch Appel (CDA) geeft aan een soortgelijke collectieve route te willen bewandelen rond warmtenetten.

De ChristenUnie (CU) wil dat warmtepompen een verplichte schakelmogelijkheid krijgen zodat netbeheerders landelijk stuurmogelijkheden hebben. De partij wil de geschrapte regeling van het verplicht aanschaffen van een hybride warmtepomp wanneer de cv-ketel het begeven heeft per 2029 weer herinvoeren. De Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) wil toewerken naar een hybride warmtepomp als dat voor iedereen haalbaar en betaalbaar is. De partij wil ook de kant van zeerlagetemperatuur warmtenetten op, maar wil wel dat de woningaanpassingen voor mensen eerst goed in beeld zijn gebracht voor de grootschalige uitrol van start gaat.

Forum voor Democratie (FvD) wil dat de warmtepomp niet verplicht wordt gesteld en mensen zoveel mogelijk zelf de keuze moeten hebben hoe en of ze willen verduurzamen. DENK zit op hetzelfde spoor. JA21 daarentegen geeft aan volledig te willen stoppen met het aanleggen van warmtenetten en wil ook de Wet Collectieve Warmte (WCW) en de Wet Gemeentelijk Instrumentarium Warmtetransitie terugdraaien.

CO2-heffingen

Wat betreft de energietransitie besteden de partijen meer aandacht aan CO2 en dan met name aan de heffingen. De CO2-heffing in Nederland is een belasting die de Nederlandse overheid oplegt aan grote industriële bedrijven om hun CO2-uitstoot te verminderen en de klimaatdoelen uit het Klimaatakkoord te behalen. Bedrijven moeten een geldbedrag betalen per ton uitgestoten CO2, met het doel ze te stimuleren om te verduurzamen en milieuvriendelijkere alternatieven te gebruiken. De hoogte van de heffing wordt jaarlijks vastgesteld en stijgt met de tijd. 

De volgende partijen geven in hun programma aan dat de heffing geschrapt moet worden: de PVV, VVD, JA21, en FvD (die wil alle doelen rond CO2 loslaten). Andere partijen daarentegen willen de heffing juist behouden: PvdA-GroenLinks, SP, de PvdD wil de regeling behouden en ook sneller verhogen, de CU wil de heffing als instrument behouden maar zet die voor bedrijven waar de overheid in gebreke blijft op nul. Ook VOLT en DENK willen de heffing behouden, waarbij laatstgenoemde de grote industriële bedrijven zoals Shell en Tata Steel een extra heffing op wil leggen als prikkel, omdat zij een groot aandeel hebben in de uitstoot.

Op het gebied van CO2-reductie lopen de meningen ook uiteen. Zo wil de SGP zich niet vastpinnen op het doel om in 2030 55 procent CO2-reductie te hebben behaald, omdat de situatie daarvoor volgens hen te complex is. De ChristenUnie richt zich juist op een hogere reductie in 2030, zodat tegenvallers er niet direct toe leiden dat we het minimale doel niet halen. Verder wil het CDA investeren in opslag van CO2 onder de Noordzee en zorgen voor een goede balans met CO2-hergebruik om uitstoot in andere sectoren te helpen verminderen.

Fossiele brandstoffen

Ook fossiele brandstoffen komen aan bod in de programma’s. PvdA-GroenLinks: “Fossiele vervuilers ontvangen nu tientallen miljarden aan subsidies voor hun vervuilende activiteiten. Deze fossiele subsidies zetten duurzame bedrijven op achterstand en ouden de fossiele economie in stand. We bouwen fossiele subsidies af, zoveel mogelijk in Europees verband.” Onder meer DENK, VVD en CDA willen het gebruik van fossiele brandstoffen verminderen. De SP, PvdD en VOLT willen er per direct mee stoppen.

De partijen die hier anders over denken bevinden zich met name op de rechterflank. Zo zegt de PVV: “De moderne, schone kolen- en gascentrales blijven open en er moet meer en sneller olie en gas worden gewonnen op de Noordzee.” JA21 wil de doelstelling om in 2050 aardgasvrij te zijn loslaten. De SGP vindt aardgas relatief schoon en wil er daarom niet van af: “Nu de gaswinning in Groningen is afgebouwd, wordt de winning uit de kleine gasvelden gestimuleerd en gefaciliteerd. Natuurlijk zonder nieuwe aardbevingsrisico’s te creëren.” FvD wil zoveel mogelijk nieuwe olie- en gasvelden benutten en wil de gaswinning in Groningen ook weer opstarten. NSC wil gas uit de Noordzee gebruiken om gas betaalbaar en beschikbaar te houden zolang we nog in de overgangsfase naar duurzame energie zitten.