Van het RIVM moet je ventileren tot je een ons weegt. Maar hoe ventileer je nu eigenlijk op de juiste manier? Trouw zocht het uit, samen met een hoogleraar van de Delftse Universiteit.

Kleine zwevende vloeistofdeeltjes die vrijkomen bij praten en zingen, ook wel aerosolen genoemd,  spelen een rol bij de verspreiding van corona. Wetenschappers stellen dit al langer, maar sinds een week geeft het RIVM hier ook aan toe op de website.

Onlangs werd de informatie op RIVM.nl geüpdatet: “Onder bepaalde omstandigheden kan besmetting ook plaatsvinden via virusdeeltjes die in de kleine druppeltjes (aerosolen) een grotere afstand kunnen afleggen. Bijvoorbeeld in ruimtes waar geen of te weinig ventilatie is en/of veel mensen, vooral voor een langere tijd,- bij elkaar zijn. Overdracht van het SARS-CoV-2-virus via luchtkanalen van ventilatiesystemen is niet waargenomen.”

Goed binnenshuis ventileren is aan te raden, zo adviseert het RIVM al langer. Maar hoe doe je dat goed? Trouw zocht het uit.

Ramen tegenover elkaar
Volgens het RIVM moet er 24 uur per dag verse lucht in huis kunnen komen, die de oude lucht vervangt. Dit kan via een ventilatiesysteem gebeuren, maar je kunt ook gewoon een raampje openzetten. Daarnaast raadt het instituut aan om kamers meerdere keren per dag te luchten door deuren en ramen minstens tien minuten open te zetten tegen elkaar. Dit is met name verstandig als je bezoek hebt gehad, belooft het RIVM in een voorlichtingsvideo.

Philo Bluyssen, hoogleraar binnenmilieu aan de Technische Universiteit Delft: "Als je geen mechanische ventilatie hebt, zet dan altijd een raam open. Als je wel ventilatie hebt, zet die dan op de hoogste stand als je bezoek ontvangt. Laat ventilatieroosters open staan, ook als het buiten koud is."

Taskforce Ventilatie
In België kwam de Taskforce Ventilatie op verzoek van de overheid met een advies. De Belgische ventilatiedeskundigen adviseren om altijd een deur of raam open te houden, en liefst meerdere tegenover elkaar. Als dat niet mogelijk is, adviseren zij het CO2-gehalte in de lucht te meten met een CO2-meter.

Als de waarde hoger is dan 900 ppm (wat wil zeggen dat er 900 deeltjes CO2 op 1 miljoen deeltjes lucht zijn), is er volgens hen te veel uitgeademde lucht in de ruimte, waardoor het risico op aerosolbesmetting toeneemt. Als er geen CO2-meter aanwezig is, geven de deskundigen een vuistregel: voor elke vier mensen in een kamer is minstens één vierkante meter open raam nodig.

Fijnstofvrij
Bluyssen kan zich niet vinden in die uitspraak. Hoeveel ramen er open moeten, hangt volgens hem af van de temperatuur binnen en buiten (temperatuurverschillen zorgen voor luchtcirculatie) en van de windrichting. Het belangrijkste is dat er een raam openstaat of veel ventilatieroosters.

Ventileren is overigens altijd een verantwoord idee, epidemie of niet, zegt Bluyssen. Bij koken komt bijvoorbeeld fijnstof vrij. “En ook als je lijm of een markeerstift gebruikt komen er stoffen in de lucht. Die moeten afgevoerd worden. Je kunt je bovendien beter concentreren in een ruimte met frisse lucht.”