Politieke steun voor technisch haalbare publieke warmtenetten

29.09.2022 Max Muller

Politieke steun voor technisch haalbare publieke warmtenetten
©Netbeheer Nederland

Ter voorbereiding op de nieuwe Wet Collectieve Warmtevoorziening (WCW) heeft Rob Jetten, minister voor Klimaat en Energie, aan Netbeheer Nederland gevraagd in hoeverre publieke netwerkbedrijven de aanleg van warmtenetten op zich kunnen nemen. Uit een recent gepubliceerd rapport blijkt dat zij daar inderdaad toe in staat zijn. De toeschrijving van deze taak vindt steun bij Kamerleden, waaronder Henri Bontenbal, Tweede Kamerlid namens CDA.

In Juni 2020 werd een eerste versie van het WCW-concept voorgesteld als consultatie aan stakeholders. Na een periode van uitwerking van de reacties volgde minister Jetten in april 2022 dit proces op met een voorstel om publieke partijen aan te wijzen voor het beheer van Nederlandse warmtewetten. Op het voorstel van de minister voor Klimaat en Energie hebben de netbeheerders eind september instemmend gereageerd.

De warmtesector staat voor een grote opgave om de penetratie van warmtenetten in de totale warmtevoorziening te verhogen naar 2,9 miljoen aansluitingen in 2050, met als tussentijds doel 1,2 miljoen aansluitingen in 2030. De geschatte kosten zullen tot en met 2030 tussen de 7 en 9 miljard euro bedragen. Ook zullen zo’n 2.500 extra voltijdsmedewerkers in dienst moeten worden genomen om het beheer en de uitrol van de netten te kunnen realiseren.

Desondanks acht Netbeheer Nederland het technisch en organisatisch goed mogelijk dat publieke partijen – waaronder de regionale netbeheerders Alliander, Stedin en Enexis, aan deze vraag kunnen voldoen. Ze voorzien twee uiterste scenario’s voor een transitie van de warmte-infrastructuur naar publieke handen.

Allereerst is er de snelle overgang, waarbij circa 70 procent van de bevolking wordt aangesloten bij een warmtenet in 2030. In het tweede scenario is er sprake van een meer geleidelijke overgang, waarbij zo’n 50 procent van het publiek wordt aangesloten. In deze variant worden de investeringen meer verdeeld tussen private en publieke partijen. Voorwaarde voor beide varianten is wel dat er passende wetgeving wordt geformuleerd en de beheerders extra financiering krijgen. Ook dient technisch onderlegd personeel snel opgeleid worden.

CDA-kamerlid Bontenbal, voormalig consultant bij netbheerder Stedin, heeft instemmend gereageerd op de evaluatie van het voorstel. “Meer dan ooit beseffen we nu ook dat onze vitale energie-infrastructuur in publieke handen moet zijn”, zo schrijft hij in het AD. Hoewel hij private bedrijven als onmisbaar ziet in de realisatiekracht, kennis en kunde om de om de warmtenetten te kunnen aanleggen, moeten ze in zijn ogen wel onderdeel zijn van een bedrijf dat voor meer dan 50 procent in publieke handen is. De insteek van Bontenbal is dat deze aanpak “meer zeggenschap betekent over vitale energie-infrastructuur”.

Sinds de energiecrisis wordt in Den Haag de roep om meer publieke grip te krijgen op de energievoorziening steeds luider. De Tweede Kamer schaarde zich bijvoorbeeld achter een voorstel van SP en ChristenUnie om onderzoek te laten doen naar de keerzijde van de verregaande privatisering van de energiemarkt in Nederland.