Warmtebuffer in Rijnsweerd laat zien hoe mooi de energietransitie kan zijn
20.09.2024 Anne Agterbos
Ze zijn hard nodig, de transformatorhuisjes en warmtebuffers, maar ze verdienen niet direct de schoonheidsprijs. Hoewel het uiterlijk van energievoorzieningen niet de hoogste prioriteit heeft voor netbeheerders, zijn er steeds meer initiatieven om deze infrastructuur visueel aantrekkelijker te maken.
Nederland staat voor grote investeringen in de energie-infrastructuur. Dit creëert momentum om na te denken over het ontwerp en de ruimtelijke inpassing van deze infrastructuur. Transformatorhuisjes zijn bijvoorbeeld vrijwel altijd groen, de groene kleur zorgt ervoor dat het huisje minder opvalt in zijn omgeving. Toch vinden sommige gemeentes dat een andere kleur of aankleding beter in de omgeving of het straatbeeld past. Om deze redenen kan je bij die gemeentes een idee indienen om de huisjes mooier te maken.
"Het is op dit moment essentieel om het elektriciteitsnet zo snel mogelijk te versterken. Daarom kiezen we ervoor om het ontwerp van de transformatorhuisjes te standaardiseren. Toch is ruimtelijke inpassing een belangrijk thema binnen Stedin, en hier zullen we in bij een toekomstige aanbesteding ook meer aandacht aan besteden”, vertelt Gijs Lambooij, omgevingsmanager bij Stedin, aan Warmte365.
Een authentieke warmtebuffer
Kunstenaarscollectief De Strakke Hand heeft in samenwerking met Eneco laten zien hoe de energietranstie goed samengaat met een mooie omgeving, door middel van een schildering gemaakt op Eneco’s nieuwe warmtebuffer in het Utrechtse Rijnsweerd. Het ontwerp is gekozen door de bewoners van het gebied en had als uitgangspunt om zo goed mogelijk in de omgeving te passen. Het ontwerp is gebaseerd op een 19e -eeuwse aquarel schildering van Rijnsweerd van J.W. Wisselingh. De schildering is 60 meter breed en 17 meter hoog.
“Deze 360 graden schildering is uniek”, vertelt Michiel Meulemans, oprichter van De Strakke Hand. “We werken op de manier van de oude meesters, waarbij we alleen primaire kleuren gebruiken en deze op het canvas (de buffer) mengen tot nieuwe kleuren op het oppervlak zelf. Hiermee verkrijgen we de gewenste klassieke uitstraling. Het idee was dat we hiermee een stukje historie van de plek terug konden geven.
Mart Scheepers, omgevingsmanager bij het project, zegt trots te zijn op de schildering. “We weten dat de buffer een impact heeft op de bewoners die er omheen wonen. We hebben daarom sinds 2020 samen met Eneco en de gemeente Utrecht gekeken hoe we de buffer konden inpassen in de omgeving. Ik ben heel blij dat we uiteindelijk met de bewoners samen een ontwerp hebben kunnen vinden en ben dankbaar voor de ideeën en input van de bewoners in dit project.”
De warmtebuffer is bedoeld om de piekvraag van het Utrechtse warmtenet op te vangen. Hierdoor kunnen andere warmtebronnen efficiënter worden ingezet en hoeft er minder CO2 gestookt te worden.
Vrolijke elektriciteitshuisjes
Ook in Den Haag zijn verschillende artiesten aan de slag gegaan met het opleuken van de energieinfrastructuur. Veertig elektriciteitshuisjes zijn daar van kunst voorzien voor de The Hague Street Art Tour. De tour is een samenwerkingsproject van stadsdeel Segbroek, het Gemeentemuseum en The Hague Street Art. “Het is bedoeld om de wijk wat meer te belichten, maar het heeft ook een preventieve werking. De huisjes zijn gewilde objecten om te bekladden met graffiti, maar in de graffitiscene is dat ‘not done’ als er een mooie ‘piece’ op gemaakt is”, zegt projectleider Ringo Mollinger.