ACR Klimaat: Hoe verduurzamen we duurzame warmte verder?

06.04.2021 Joyce Beuken

ACR Klimaat: Hoe verduurzamen we duurzame warmte verder?

Warmtepompen, airco’s en ventilatiesystemen zijn tegenwoordig bekend om hun vermogen om op een duurzame manier het binnenklimaat aangenamer te maken. Maar op welke fronten kunnen deze systemen terrein winnen op het gebied van uitstootreductie?

Jacques Robeerst, directeur van ACR Klimaat BV, heeft verduurzaming van de branche hoog op de agenda staan. Het is een complex onderwerp wat heel wat kennis behoeft. Robeerst legt ons in een notendop uit hoe het in elkaar steekt.

Een van de aspecten waar volgens Robeerst terrein te winnen valt, is het gebruik van het soort koudemiddel. Maar voor we dieper in kunnen gaan op de verschillende duurzame alternatieven, is het belangrijk om te weten waarom de koudemiddelen CO2 uitstoten. Je zou misschien denken dat een koudemiddel geen uitstoot met zich meebrengt. Maar de energie die je nodig hebt om een koudemiddel te produceren en in een fles te krijgen kan flink wat CO2 uitstoot leveren.

Global Warming Potential

De mate waarin een koudemiddel bijdraagt aan de opwarming van de aarde wordt uitgedrukt in het Global Warming Potential (GWP). Het GWP laat zien hoe veel opwarmingsvermogen een broeikasgas heeft in vergelijking met koolstofdioxide (CO2). Het GWP van CO2 is 1; als een bepaald gas bijvoorbeeld een GWP-waarde heeft van 28 (zoals dat bij methaan het geval is) zorgt uitstoot van dit gas dus voor 28 keer zo veel opwarming als CO2-uitstoot.

Robeerst: “Tot voor kort gebruikten we in onze branche veel R410-A. Als je kijkt naar de Global Warming Potential hiervan is dit relatief een zeer schadelijk middel. Het heeft namelijk een GWP van 2088. In veel warmtepompen wordt momenteel R134A (GWP 1.430) en R410A (GWP 2.088) nog toegepast. Langzaam maar zeker schakelen meerder fabrikanten over naar R32. Dit middel heeft een GWP van 675.”

R290 als standaard

“Onze fabrikant AUER, waarvan ACR exclusief distributeur is, geldt als een van de weinigen die R290 als standaardkoudemiddel toepast voor al hun producten. R290 staat beter bekend als propaan. Het koudemiddel heeft een zeer lage GWP, namelijk slechts 3.” Het is dus nauwelijks schadelijk, stelt Robeerst.

“Wij kiezen bewust voor fabrikanten die koudemiddelen gebruiken die het minst schadelijk zijn voor het millieu. Voor airconditioning systemen bieden we bewust de Airwell Range aan. Die maken gebruik van R32, wat ook een lage GWP heeft (675).”

Ontvlambaarheid / Toxiciteit

De veiligheidsclassificatie van koudemiddelen is gebaseerd op toxiciteit en ontvlambaarheid:
Toxiciteit bestaat uit twee categorieën: A: laag-toxisch B: hoog-toxisch. Ontvlambaarheid bestaat uit vier groepen: 1: onbrandbaar /  2L: laag ontvlambaar / 2: ontvlambaar / 3: licht ontvlambaar.

Robeerst vindt R290 een van de meest aantrekkelijke koudemiddelen, maar stelt dat het niet makkelijk is om daar zo maar gebruik van te maken als fabrikant. “Het vergt wat extra kennis om daarmee te kunnen werken. En het nadeel van propaan is dat het licht ontvlambaar is.”

Bij een monoblock-warmtepomp zit het koudemiddel in het gedeelte dat buiten is opgesteld. “Van het merk Auer hebben we uitsluitend monoblock-warmtepompen Van Airwell hebben we zowel monoblock als split-warmtepompen. Deze zijn voorzien van het koudemiddel R32. R32 is laag ontvlambaar (A2L)”, vertelt Robeerst.

Daarnaast is er nog een heel belangrijk onderdeel volgens Robeerst, het hart van iedere warmtepomp en airconditioning: de compressor. “Niet iedere fabrikant bouwt op dit moment compressoren die geschikt zijn voor R290. AUER maakt met name gebruik van compressoren van het merk Copeland.”

Flexibele fabrikant

R290 is een van de meest gunstige en ecologische koudemiddelen, meent Robeerst. “Naar mijn mening zouden we uiteindelijk allemaal hierop moeten overstappen. Auer werkt uitsluitend met R290. Tevens zijn zij erg flexibel waardoor een eventuele aanpassing bijna altijd mogelijk is.”

De Auer lucht/water-warmtepompen kunnen 70C° (koeltechnisch uit 1 trap) maken tot een buitentemperatuur van -15C°. “Dit met in een assortiment van 6 tot 80KW in 1 apparaat en tot 960KW in cascade.”

Aanpasbaar

99% van alle airco’s en warmtepompen zijn modulerende systemen. Dat houdt in dat het vermogen variabel is; de capaciteit van het systeem past zich aan naar de behoefte van het benodigde vermogen. Het apparaat verbruikt vervolgens slechts wat nodig is voor de specifieke ruimtes. “Het kiezen van het juiste vermogen dien je dan ook te doen bij de hoogste behoefte”, benoemt Robeerst. Bij een warmtepomp (lucht/water) bij een buitentemperatuur van -7C° en bij een airco bij een buitentemperatuur van +32C°.

Isolatie als basis

Robeerst: “Misschien wel het allerbelangrijkste bij airconditioning, ventilatie en warmtepompen, is naar mijn mening de isolatie van het gebouw waarin het apparaat wordt geïnstalleerd. Op het gebied van isolatie wordt helaas dikwijls nog te licht nagedacht. Veel panden zijn nog altijd zo slecht geïsoleerd dat je de warmte erin (zomer) of eruit (winter) ziet vliegen.”

Het is volgens Robeerst dan ook een zeer verstandige ontwikkeling dat isolatie nu wordt gesubsidieerd. “Men zou altijd moeten beginnen met isoleren. Ik verkoop natuurlijk het liefst een groter apparaat, maar wat je aan warmte niet verliest, hoef je er ook niet terug in te stoppen.”