Hoe kunnen woningcorporaties verduurzaming meer betaalbaar maken?
08.07.2024 Anne Agterbos
In 2022 hebben woningcorporaties in de Nationale Prestatieafspraken gezamenlijk afgesproken dat er in 2030 675.000 woningen moeten worden verduurzaamd. De ambitie is er bij de woningcorporaties, maar de portemonnee lijkt steeds minder toereikend te zijn. Hoe kunnen corporaties toch hun duurzaamheidsdoelen behalen?
In 2019 verscheen de kop ‘Sociale huurwoningen moeten duurzaam worden, maar corporaties vinden het te duur’. Door verhuurdersheffing weg te halen is dit makkelijker geworden voor verhuurders, maar ook daarna bleven dezelfde berichten verschijnen.
“Er is een trend te zien waarbij bepaalde uitgaven, vooral verduurzaming steeds moeilijk worden om te financieren door woningcorporaties”, vertelt Martijn Broekman, projectmanager bij Bo-Ex, tijdens het Earth Valley congres. “Bouwkosten stijgen sneller dan de inflatie en tegelijkertijd stijgen de huurinkomsten niet met de inflatie mee, dat loopt scheef”, vertelt Broekman verder. Door deze ontwikkeling hebben woningcorporaties een steeds krapper wordende begroting, en zullen ze volgens het onderzoek van Broekman rond 2030 tegen de grens van financiële mogelijkheden aanlopen.
Toch komt in het nieuws vaak naar voren dat corporaties winst maken, legt Broekman uit. “Deze winsten worden in investeringen gestoken. Maar wanneer je kijkt naar de huishoudboekjes van woningcorporaties zie je echter dat het de afgelopen jaren steeds moeilijker is geworden voor woningcorporaties om iets over te houden.”. Hoe kan de betaalbaarheid van de verduurzamingsopgave voor woningcorporaties worden verbeterd?
Het verbeteren van de betaalbaarheid voor woningcorporaties
Tijdens het congres worden enkele oplossingen aangedragen om de betaalbaarheid voor de verduurzamingsopgave te verbeteren. Zo presenteert Cees van Dillen, directeur bij Van Dillen Bouwgroep, ‘het bouwpak’ wat de eengezinswoningen van isolatie en ventilatie voorziet. Met deze oplossing daalt de warmtevraag, en daarmee de woonlasten. “Het energieneutraal maken van bestaande woningen dient binnen het beschikbare onderhoudsbudget van de woningen gerealiseerd te worden, anders is het niet rendabel”, aldus Van Dillen.
Bert Hol, projectleider bij Buro Boot, ziet vooral kansen in circulair slopen. Volgens Hol maakt het ontwerpen met beschikbare materialen in huidige vorm en functie de kans op financiële haalbaarheid het grootst. Hiervoor zou bijvoorbeeld een platform zoals Brokkenmaker kunnen worden gebruikt, waarbij oude bouwmaterialen een tweede leven krijgen.
Volgens Noor Huitema, medeoprichter van Copper8, kan de betaalbaarheid van de verduurzamingsopgave worden verbeterd door circulariteit mee te nemen in de businesscase, door de levenscyclus naar de toekomst toe uit te drukken. Waarden zoals het verminderen van CO2-uitstoot of de bijdrage aan de groei van biodiversiteit zijn nu nog niet hard te maken, maar om van een lineair naar een circulair systeem te bewegen is dat volgens Huitema wel nodig. Huitema noemt dit de ‘value case’, volgens haar moet de implementatie van de value case nu starten om ook na 2030 de verduurzamingsopgave haalbaar te maken.
Jaron Weishut, eigenaar van Nexero, stelt dat ondernemers moeten werken in een roadmap van projecten, waardoor innovatieve oplossingen betaalbaar, betrouwbaar en schaalbaar worden. Volgens Weishut kunnen woningcorporaties met innovaties en duurzame oplossingen sprongen maken, maar moeten deze oplossingen wel robuust worden gemaakt op alle aspecten: ze moeten technisch werken, passen in verdienmodellen, maatschappelijke omarmd worden en passen in wet- en regelgeving. Veel innovaties bereiken een glazenplafond na de innovatiefase omdat ze nog niet kunnen concurreren met status quo en er nog te weinig markt is voor private investeringen.