Uitblijven warmtepomptsunami niet slecht voor de sector

16.10.2025 Gijs de Koning

Uitblijven warmtepomptsunami niet slecht voor de sector

Het wordt kouder, de warmtevraag stijgt en warmtepompen draaien op volle toeren. Dat betekent voor installateurs extra servicewerk: thermostaten afstellen, lekkages verhelpen. Veel daarvan is te voorkomen met een goede installatie. Johan Boekholt controleert met zijn bedrijf De WarmtepompMeesters veel warmtepompinstallaties en ziet waar het goed gaat en waar de verbeterpunten liggen en stelt dat het uitblijven van een explosie op de markt voor warmtepompen niet slecht is geweest voor de installatiesector. 

De energietransitie vraagt niet alleen om nieuwe techniek, maar vooral om kwaliteit. Dat is de overtuiging van Boekholt. “We willen voorkomen dat de warmtetransitie dezelfde groeipijn krijgt als de zonne-energiesector”, stelt hij. “Het fundament moet goed zijn, anders ondermijn je het vertrouwen van de consument.”

WarmtepompMeesters is een dochterbedrijf van De Zonnemeesters, dat al jaren kwaliteitscontroles uitvoert op zonnepanelen. De organisatie helpt installateurs en opdrachtgevers om de kwaliteit van warmtepompinstallaties meetbaar te maken en structureel te verbeteren. Dit doen ze door steekproeven uit te voeren, onder andere in opdracht van vereniging Eigen Huis.

Baat bij uitblijven ‘warmtepomptsunami’

Waar Zonnemeesters ontstond tijdens de ‘zonnetsunami’ van vijf jaar geleden, richt WarmtepompMeesters zich op de volgende golf in de energietransitie: de warmtepomp. Boekholt zag die ontwikkeling aankomen. “Bij zonnepanelen zag je in korte tijd een enorme toestroom van nieuwe partijen, met allerlei kwaliteitsproblemen van dien. Met WarmtepompMeesters wilden we voorbereid zijn op een vergelijkbare groei in de warmtepompmarkt.”

De warmtepomptsunami is uiteindelijk uitgebleven. Door veranderingen in de beleidsvoering heeft de warmtepomp niet de massa-adoptie gekregen die de markt wel had verwacht en waar ook al op was voorgesorteerd, legt Boekholt uit. Maar, stelt hij, dat heeft ook een positieve kant. “Bij zonnepanelen ging het razendsnel. Iedereen kon ze verkopen en plaatsen, met wisselende kwaliteit tot gevolg. Bij warmtepompen zie je een meer geleidelijk groei, met meer gevestigde installateurs  en nieuwe spelers die echt willen professionaliseren.” Dat geeft ruimte om kennis op te bouwen en processen goed in te richten.

De meerwaarde van meten

De aanpak van WarmtepompMeesters bestaat uit vier stappen: inspecties, inzicht via dashboards, periodieke bespreking en gerichte verbeteracties. “We kijken per woning of de installatie voldoet aan wetgeving, normen en fabrikantvoorschriften”, legt Boekholt uit. “Daarbij beoordelen we de buitenunit, binnenunit, binneninstallatie, groepenkast en de klantervaring. Uiteindelijk gaat het niet alleen om techniek, maar ook om comfort en de dienstverlening.”

Die gestructureerde aanpak helpt installateurs hun faalkosten te verlagen en de tevredenheid van klanten te verhogen. Door patronen in de data te herkennen, kan een bedrijf bijvoorbeeld zien dat fouten vaker voorkomen bij een specifieke vestiging, monteur of merk. “Zo wordt verbeteren iets concreets”, zegt Boekholt. “Je hoeft niet te gissen waar het misgaat.”

Wat er mis kan gaan

Tijdens inspecties komt WarmtepompMeesters veel kleine, maar betekenisvolle fouten tegen. “We zien het meteen als een installatie is uitgevoerd door iemand met een achtergrond in elektrotechniek of juist in de werktuigbouw, de traditionele cv-hoek”, vertelt Boekholt. “De één heeft de elektra perfect op orde maar maakt een fout bij de waterzijde, de ander heeft het hydraulisch goed geregeld maar laat de kabels los hangen.”

Andere fouten zijn verkeerd geplaatste buitensensoren die volgens Boekholt soms zelfs op de uitlaat van de ventilatie worden gemonteerd. Of soms ontbreekt een werkschakelaar, wat bij onderhoud voor gevaarlijke situaties kan zorgen. Ook eenvoudige zaken als slecht dichtgekitte doorvoeren komen regelmatig voor. “Dit zijn geen catastrofale fouten, maar ze zeggen veel over procesbeheersing en aandacht voor detail”, aldus Boekholt.

Warmtepomp is geen airco

Een belangrijk aandachtspunt is dat steeds meer zonnepaneelinstallateurs de overstap maken naar warmtepompen, vaak om de teruglopende vraag naar zonnepanelen op te vangen. Dat is niet zonder risico, waarschuwt Boekholt. “Een warmtepomp installeren is echt iets anders dan een airco-unit ophangen. Het gaat om waterzijdige inregeling, geluidsnormen, veiligheid en vooral comfort. Als een warmtepomp niet goed is afgesteld, zit een gezin letterlijk in de kou.”

Hij ziet dat vooral hybride installaties (nog altijd het grootste deel van hun inspecties) een brug vormen tussen oud en nieuw. “Hybride is in de bestaande bouw vaak een uitstekende oplossing. Maar ook bij het plaatsen van een hybride is een vereiste dat een organisatie onderhoud kan bieden en storingen snel kan oplossen. Je kunt niet zeggen: ‘ik kom volgende week wel langs’ als het systeem uitvalt en iemand in een koud huis zit.”

De nieuwe complexiteit van de installateur

Toch wordt het vak er niet eenvoudiger op. De installateur van nu krijgt te maken met warmtepompen, zonnepanelen, batterijen, laadpalen en energiemanagementsystemen (HEMS). “De klassieke scheiding tussen gas, water en licht verdwijnt”, zegt Boekholt. “Een installateur moet straks verstand hebben van alles: van hydrauliek tot IT. Dat is een enorme uitdaging.”

Hij verwacht dat de komende jaren veel gaan draaien om de koppeling tussen systemen. “Wie stuurt straks de assets aan? De fabrikant, de installateur of een derde partij? En wat betekent dat voor de garanties? Volgens Boekholt is het essentieel dat er duidelijke standaarden en afspraken komen over aansluitingen, communicatieprotocollen en software zodat apparatuur van verschillende merken goed met elkaar kan samenwerken. “Daar moeten we als sector eerlijk over zijn”, zegt hij.

Standaardisatie is volgens hem cruciaal om te voorkomen dat de markt verzandt in een wirwar van vendor lock-ins, waarbij klanten en installateurs vastzitten aan één merk of platform. “De consument moet erop kunnen vertrouwen dat alles met elkaar praat – en dat dat zo blijft.” Boekholt ziet in de markt grofweg twee stromingen: enerzijds aanbieders die vol inzetten op open systemen, anderzijds partijen die (meer) inzetten op een eigen platform met meerdere producten. “Beide modellen hebben hun voordelen,” zegt hij, “maar compatibiliteit wordt een steeds belangrijker uitgangspunt. De consument moet erop kunnen vertrouwen dat verschillende systemen met elkaar kunnen communiceren.”

Leren van de zon

Boekholt trekt graag de vergelijking met de zonne-energiesector, waaruit WarmtepompMeesters is voortgekomen. “De groei van zon heeft ons veel geleerd over wat er mis kan gaan als de markt te hard groeit. We zagen destijds dat kwaliteitsproblemen niet alleen het imago van installateurs schaden, maar ook het draagvlak voor verduurzaming. Dat willen we voorkomen bij warmtepompen.”

Daarom ziet hij de rol van WarmtepompMeesters niet alleen als controleur, maar vooral als partner in professionalisering. “We meten, adviseren en helpen verbeteren. Want de warmtetransitie gaat niet om aantallen geplaatste units, maar om tevreden bewoners en betrouwbare installaties. Dáár begint het echte vertrouwen in een duurzame toekomst.”