Vertraagt verwendheid Nederlander de energietransitie?

10.05.2021 Joyce Beuken

Vertraagt verwendheid Nederlander de energietransitie?

Sinds begin dit jaar is Ernst Japikse voorzitter van de Stichting Warmtenetwerk. Maar de afgelopen jaren draaide hij al warm in deze sector. Hij legt uit waarom het niet erg is dat de overgang op duurzame warmte nog financieel onaantrekkelijk lijkt.

Momenteel vliegen de all-electric systemen in razend tempo de markt op. Maar hier ziet Japikse geen geschikte oplossing in. “70% van de energierekening wordt gevuld door de kosten van gas. Op dit moment produceren we 20% van onze elektriciteit duurzaam. De overstap op een grote hoeveelheid elektrische warmtevoorzieningen is dus niet per definitie duurzaam, tenzij we ook zorgen dat het aandeel duurzame energie stijgt”, legt hij uit.

De nieuwe voorzitter pleit dan ook voor slim gebruik van natuurlijke warmtebronnen. “Er zijn zoveel goede bronnen beschikbaar in de natuur. Concepten als aquathermie en geothermie worden alsmaar verder ontwikkeld en gangbaarder gemaakt. De natuur geeft ons de mogelijkheden om te verwarmen en te koelen met reeds bestaande middelen. Die mogelijkheid moeten we meer zien te benutten.”

Locatiegebonden
Ook in restwarmte ziet Japikse veel kansen. Hij pleit vooral voor een slimme combinatie van meerdere bronnen. Waar er vroeger gekeken werd naar de locatie waar een energievoorziening nodig was, om daar vervolgens een krachtcentrale te bouwen, is het nu andersom, meent Japikse. “Duurzame warmte is regionaal gedreven. Je kijkt per locatie welke toepassing geschikt is. Als er een fabriek aanwezig is, kun je restwarmte benutten. Op een plek nabij water biedt aquathermie een kans. Met een geothermische bron kan je maar een klein gebied voorzien. Er kan gecombineerd worden met een andere techniek.”

Luxeprobleem
In Nederland vinden we het heel normaal dat energievoorziening werkt, wat volgens Japikse geen voor de hand liggend gegeven is. “Als je het lichtknopje indrukt heb je verlichting, en wie het knopje van het gasfornuis omdraait kan beginnen met koken. We vinden dat de normaalste zaak van de wereld. Maar eigenlijk is het dat helemaal niet.”

Nee, we vergelijken de Westerse wereld niet met een hutje in de rimboe. “Je hoeft maar een paar honderd kilometer naar het zuiden te rijden. Bij een fikse storm in Frankrijk ligt de stroom eruit.”  Doordat we hier zo verwend zijn, leggen we de lat hoog. Maar dat ons netwerk stabiel is betekent niet dat er niets hoeft te veranderen, onderstreept Japikse.

Geldkraan sluit
Niemand wil meer betalen dan hij al deed. Toch lijkt dat onoverkomelijk voor een succesvolle transitie. Japikse: “In de gasprijs zit jammer genoeg niet de schade aan het milieu verwerkt. Duurzame warmte concurreert met iets dat veel vervuilender is, maar ook veel goedkoper.” Dat gat wordt nu opgevuld met subsidies, maar ook dat werkt niet eeuwig zo, weet Japikse. “Subsidie moet gebruikt worden om iets te ontwikkelen dat vervolgens op eigen benen kan staan. Je kunt niet iets de rest van je leven blijven subsidiëren.”

Realistische prijs
Japikse heeft een heldere visie bij de oplossing: we moeten volgens mij uiteindelijk naar een model toe waarbij je ook betaald voor de prijs van vervuiling. Deze ambitie gaat volgens hem verder dan de energiesector. “Bij alle spullen die we kopen zouden we moeten betalen voor het verwerken van het toekomstige afval.”

Een realistische prijs, zo noemt Japikse het. “Tuurlijk kunnen we niet meteen de energierekening omhoog schroeven. Dan gaat het halve land failliet. De uitdaging is voor ons als branche om te innoveren en daardoor de kostprijs omlaag te krijgen.”

Scheef model
Zoals Japikse het vertelt, lijkt het bijna een paradox. “Als er meer duurzame energie gewonnen wordt, wordt er minder gas afgenomen. En als er minder vraag is gaat de prijs omlaag. Het is een scheef model dat je wereldwijd tegenkomt.” Ondanks de harde marktwerking heeft Japikse vertrouwen in de potentie van duurzame energie in Nederland. “We zijn een klein land, maar verbeteren begint toch echt bij jezelf.”