Na ruim 24 uur onderhandelen over de voorjaarsnota heeft het kabinet afgelopen week aangekondigd dat de energierekening omlaag gaat. Dat gebeurt via een verlaging van de energiebelasting. Voor huishoudens betekent dit een besparing van ongeveer 20 euro per jaar. De financiële dekking voor deze maatregel komt echter uit een onverwachte hoek: het Klimaatfonds.

Het kabinet trekt de komende drie jaar jaarlijks 200 miljoen euro uit voor de verlaging van de energiebelasting. Dit bedrag wordt volledig gefinancierd vanuit het Klimaatfonds, dat een totaalbudget van 15 miljard euro kent. Dit fonds is bedoeld om structurele maatregelen te bekostigen die bijdragen aan het halen van de klimaatdoelen, zoals investeringen in de energie-infrastructuur, de bouw van kerncentrales en verduurzaming van de industrie. Het verlagen van de energierekening valt daar in principe niet onder.

Minister voor Klimaat en Groene Groei Sophie Hermans licht de keuze toe: "Het Klimaatfonds is bedoeld om het klimaat- en energiebeleid te ondersteunen. We moeten daarbij oog houden voor betaalbaarheid. Draagvlak vanuit de maatschappij is belangrijk. Als dat draagvlak wordt ondermijnd doordat mensen een hoge energierekening hebben, staat dat de energietransitie in de praktijk in de weg."

Toch is er ook kritiek op het gebruik van het Klimaatfonds voor deze maatregel. Tweede Kamerlid Pieter Grinwis (ChristenUnie) noemt het een voorbeeld van kortetermijndenken: "Het is weer een staaltje kortzichtige politiek. Voor een paar dubbeltjes per maand aan lagere energiekosten wordt er gegrepen in het Klimaatfonds. Mede daardoor kunnen honderdduizenden huizen niet beter worden geïsoleerd."