Huis van vlas: hoe staat het ervoor met natuurlijke isolatiematerialen?

02.06.2023 Brendan Hadden

Huis van vlas: hoe staat het ervoor met natuurlijke isolatiematerialen?
©Eco Bouwmaterialen

Eind vorig jaar kondigde het kabinet aan te willen inzetten op ‘biobased bouwen’, om de CO2-uitstoot van die sector naar beneden te brengen. Een van de kansrijke mogelijkheden op dit gebied is om biologisch materiaal in te zetten bij de isolatie. Welke opties zijn er al op de markt voor natuurlijke isolatiematerialen?

Vanwege de uitstoot die vrijkomt bij het produceren van materialen als staal en beton is de bouw een van de sectoren die het moeilijkst te verduurzamen is. Het kabinet startte daarom eerder dit jaar onder andere met Project Building Balance, waarbij in dertien ‘field labs’ experimenten worden gesubsidieerd met het telen van materialen als hennep, vlas en olifantsgras.

Een goed moment dus om alle opties wat betreft natuurlijke isolatiematerialen op een rijtje te zetten, en wat vragen te beantwoorden. Welke materialen zijn er al op de markt en hoe goed functioneren deze als isolatiemateriaal? Is de milieu-impact van alle natuurlijke isolatiematerialen beter dan de kunstmatige opties? En niet te vergeten: wat scheelt het qua prijs?

Wat is er op de markt?
Er is al een vrij breed scala aan opties op de markt, op het gebied van natuurlijke isolatiematerialen.

Een belangrijke categorie zijn isolatiematerialen van plantaardig materiaal. Hierbij kun je denken aan vlas (waar vlaswol van wordt gemaakt), houtvezel en hennep. Het voordeel van deze categorie is dat de planten tijdens het groeien CO2 uit de lucht halen, dat dan wordt vastgelegd in het bouwmateriaal voor langere tijd.

Daarnaast zijn er nog opties als schapenwol, dat van nature veel warmte vasthoudt, en isolatiematerialen van gerecycled materiaal. Zo heb je cellulose, of papiervlokken, dat in feite bestaat uit vermalen oud papier dat onder druk in de holle ruimten van een huis wordt geblazen. Ook wordt katoenen kleding hergebruikt voor de productie van isolatiemateriaal.   

Lees ook: Ecologisch en biobased bouwen: zo wordt de bouwsector duurzamer

Hoe goed werken natuurlijke isolatiematerialen?
Om op schaal toegepast te kunnen worden moeten natuurlijke isolatiematerialen kunnen concurreren met kunstmatige op het gebied van isolatie, zonder dat dat er een enorm dikke laag van moet worden aangebracht. Hieruit blijkt dat de best-presterende kunstmatige isolatiematerialen een stukje efficiënter zijn dan de meeste natuurlijke opties, als je dezelfde dikte hanteert.

Om isolatiewaarde aan te geven wordt over het algemeen de lambdawaarde gebruikt, die aangeeft hoeveel warmte een bepaald product geleidt. Hierbij geldt dat hoe lager het cijfer is, hoe beter het materiaal isoleert. Als je de lambdawaarde combineert met de dikte van het materiaal krijg je vervolgens de Rd-waarde, en als je dat weer combineert met de gebruikte constructiematerialen (hout, metaal, steen) krijg je de Rc-waarde. Hier richten we ons op de lambdawaarde, omdat het meer zegt over de eigenschappen van natuurlijk isolatiemateriaal en hoeveel je ervan nodig hebt.

Het Belgische studiebureau Lambda heeft een lijst met inschattingen van de lambda-waarden voor verschillende materialen. Hieruit komt naar voren dat de meeste natuurlijke isolatiematerialen tussen de 0,035 en 0,040 W/mK scoren, terwijl kunstmatige opties als PUR-schuim rond de 0,025 W/mK scoort. Dat betekent dat je voor hetzelfde resultaat een dikkere laag natuurlijk isolatiemateriaal nodig hebt dan kunstmatig.

Gelukkig betekent dat niet dat je het koud gaat krijgen (of meer moet stoken) in een huis dat met natuurlijk materiaal geïsoleerd is. Het vereist wel een dikkere laag materiaal.

Lees ook: Spouwmuurisolatie met 's werelds hoogste Rc-waarde komt gewoon uit Zelhem

Is natuurlijk isolatiemateriaal altijd duurzamer?
Hoewel dit intuïtief logisch klinkt, is het altijd goed na te gaan of de natuurlijke optie ook daadwerkelijk beter voor het milieu is dan de kunstmatige. Milieu Centraal doet dan ook een aantal aanbevelingen, op basis van gegevens van het Nederlands Instituut voor Bouwbiologie en Ecologie (NIBE), voor isolatiematerialen met de minste milieu-impact.

Hier zijn wel een aantal kanttekeningen bij. Het maakt bijvoorbeeld uit welk deel van een gebouw (vloer, gevel, spouw, dak) je gaat isoleren, voor welk materiaal je kunt gebruiken en welke de beste opties zijn. Ook heeft NIBE niet voor alle materialen een milieu-beoordeling gedaan, en is de data dus enigszins incompleet.

Voor de materialen waar wel informatie over is heeft NIBE de ‘schaduwkosten’ berekend. Dat is een bedrag, uitgedrukt in euro’s, waarin is verwerkt wat de totale kosten voor het milieu zijn door bijvoorbeeld uitstoot van broeikasgassen, het opraken van grondstoffen en schade aan de natuur.

Hieruit komt naar voren dat waar mogelijk vlasvezel vaak beter dan gemiddeld scoort voor het milieu. Ook cellulose (papiervlokken) is op z’n minst gemiddeld, en vaak beter dan gemiddeld. Waar het kan zijn ook houtvezelplaten een milieubewuste keuze. Deze opties worden aangeraden door Milieu Centraal, en hebben lagere schaduwkosten dan veel kunstmatige opties.

Opvallend is dat schapenwol in alle situaties wordt afgeraden door Milieu Centraal, en op het gebied van schaduwkosten een uitschieter is in de negatieve zin. Milieu Centraal legt uit dat schapenwol in eerdere berekeningen goed scoorde, maar dit kwam doordat het wol als een afvalproduct werd gezien (met vlees als primair product). Volgens Milieu Centraal is dit niet realistisch, en moet de impact van het houden van schapen worden verdeeld aan de hand van de financiële waarde van de eindproducten (wol en vlees). Dan scoort schapenwol slecht, omdat schapen broeikasgassen creëren, stikstof in de bodem deponeren via hun mest, en gif in de natuur brengen omdat dit wordt gebruikt in hun vacht tegen ongedierte.

Hoe duur is het?
Prijzen verschillen tussen aanbieders, maar over het algemeen zijn natuurlijke isolatiematerialen wel duurder dan kunstmatige. Volgens WarmerHuis lopen de prijzen bij natuurlijke isolatiematerialen van 33 euro per vierkante meter voor cellulose, tot 50 euro per vierkante meter voor kurk (bij een Rd-waarde van 3,7 tot 4,3). Ook vlas is relatief duur volgens de gegevens van WarmerHuis, met 45 euro per vierkante meter. Hout daarentegen zit met 37 euro per vierkante meter aan de goedkope kant van het prijsspectrum voor natuurlijke isolatiematerialen. Prijzen voor kunstmatige isolatiematerialen kunnen aanzienlijk lager liggen.

Gaat stimulering vruchten afwerpen?
Al met al lijkt het erop dat natuurlijke isolatiematerialen veel potentie hebben als duurzame oplossing, maar nog moeite hebben met concurreren alleen op basis van prijs en prestatie. Ook laat het voorbeeld van schapenwol zien dat het niet mogelijk is zomaar aan te nemen dat alle natuurlijke materialen de duurzame keuze zijn.

De aangekondigde stimulering vanuit de overheid biedt perspectief. Als het erin resulteert dat materiaalkosten dalen, en materiaaleigenschappen verder kunnen worden ontwikkeld, kunnen natuurlijke isolatiematerialen hopelijk een mooie bijdrage leveren aan het verduurzamen van de bouw.