Individuele warmtepomp blijkt voordeliger dan buurtwarmtepomp

10.01.2025 Evelien Schreurs

Individuele warmtepomp blijkt voordeliger dan buurtwarmtepomp

Door aanleg- en onderhoudskosten, het regelen van warm tapwater en lagere subsidie is een buurtwarmtepomp financieel minder voordelig dan een individuele warmtepomp. Dat laat een case-study in Deventer zien. De situatie voor zes woningen is niet naar iedere andere situatie te vertalen, maar geeft wel inzicht in de overwegingen die gemaakt moeten worden in de keuze tussen een gedeelde of individuele warmtepomp.

Zes buren in Deventer vroegen zich af of zij beter uit zouden zijn met allemaal een eigen warmtepomp, of dat ze beter een buurtwarmtepomp konden aanschaffen. Vanuit de gemeente Deventer werd deze vraag neergelegd bij zelfstandig energieadviseur Henk Kasper. De gemeente heeft het onderzoek gefinancierd omdat het gaat om woningen in een wijk die als een van de eersten moeten verduurzamen. 

“Er lag al een wat grover onderzoek dat zei dat een individuele warmtepomp de beste optie is, maar dat een gemeenschappelijke warmtepomp ook zou kunnen”, vertelt Kasper. Hij kreeg daarom de opdracht om te weten te komen of deze conclusie ook geldt voor de betreffende zes woningen.

Eerder is al besloten dat er in deze wijk geen warmtenet komt. Ook is een bodemwarmtepomp geen optie, omdat er in Deventer niet dieper dan ongeveer 50 meter geboord mag worden in de bodem, legt Kasper uit. Zo kwam hij dus snel tot de lucht-water-warmtepomp als warmtebron.

De woningen staan in een wat oudere wijk, aan de woningen is dat te zien doordat de energielabels variëren van A tot D. Niet iedere bewoner heeft evenveel aan het huis verduurzaamd. Dat was ook direct het beginpunt van het onderzoek, of het nou individueel of collectief wordt, om een warmtepomp te kunnen gebruiken moeten de woningen verder verduurzaamd worden. Daaronder verstaat Kasper in dit onderzoek het isoleren van de spouw, vloer en dak, en dubbel of HR++ glas. Daarbij werd bekeken of lage temperatuur en vloerverwarming mogelijk zijn.

Tot hier is de berekening gelijk voor individuele of buurtwarmtepomp. Vervolgens werden de opties vergeleken: een gedeelde warmtepomp, een individuele hybride, een individuele all-electric of een individuele gasketel. Voor deze verschillende scenario’s berekende Kasper de totale kosten, zowel de investering als bijkomende kosten (zoals verzekering en tapwatervoorziening), het onderhoud en de exploitatiekosten gedurende vijftien jaar.

De totale kosten voor de buurtwarmtepomp komen uit op zo’n 200.000 euro. Als de buren kiezen voor individuele verwarming liggen die kosten lager, tussen de 136.000 en 142.000 euro, afhankelijk van of er wordt gekozen voor een gasketel, hybride warmtepomp of een all-electric warmtepomp.

Financiële en organisatorische obstakels
Volgens Kasper zijn er een aantal redenen voor dit prijsverschil. Ten eerste komt dat door de warm watervoorziening. “Ik ben ervan uitgegaan dat het een buurtwarmtepomp is die geen warm tapwater kan maken. Anders heb je een veel duurdere versie en moet je met hoge temperatuur door de straat heen. Daarom moet je nog een tapwatervoorziening in huis hebben. Omdat we van het gas af willen kom je uit op elektrisch tapwater verwarmen, en dat is financieel best wel onvoordelig.”

Daarnaast is het duur om een warmtenet aan te leggen, al gaat het maar om zes huizen. “Het aanleggen van een warmtenet, ookal is het klein, is gewoon ontzettend duur. En het moet onderhouden worden, voor zo’n apparaat buiten moet je ook een extra verzekering afsluiten. Er komt van alles bij kijken omdat het een gemeenschappelijk iets is dat buiten op openbaar terrein gerealiseerd moet worden.”

Ook subsidies voor warmtepompen spelen een rol in het prijsverschil. De subsidie voor een grote warmtepomp ligt wel hoger dan die voor een kleine warmtepomp, maar die is niet zes keer zo hoog. Met zes kleine warmtepompen krijg je dus in totaal meer subsidie dan voor één grote. 

Een ander nadeel dat Kasper noemt van het delen van een warmtepomp, is dat het lastiger dan bij een individuele warmtepomp is om deze te voeden met je eigen opgewekte zonnestroom. “De regelgeving is niet zodanig dat je daar je eigen energie kunt toevoegen. Je zou dus een apart contract moeten afsluiten voor die stroomvoorziening.”

Dan zijn er ook nog de organisatorische problemen, zegt Kasper. Want wie gaat het aansluiten en onderhoud regelen? Dat moet waarschijnlijk iemand van buitenaf worden, ofwel extra kosten. En wat doe je als een van de bewoners verhuist? Dat moet er contractueel worden vastgelegd, dat die woning verplicht op dat warmtenetje is aangesloten.

“Dus dat maakt dat het tegenvalt als je kijkt naar wat het kost qua investering, maar met name ook de exploitatie van die warmtepomp”, aldus Kasper. De komende jaren zullen individuele warmtepompen volgens hem goedkoper blijven dan een buurtwarmtepomp. “De parameters die het verschil maken zullen niet heel veel wijzigen”.

Ook als het aantal woningen dat aangesloten wordt op de buurtwarmtepomp wat opgeschaald zou worden, moeten er alsnog in iedere woning aanpassingen plaatsvinden, waardoor de kosten van een buurtwarmtepomp per bewoner niet significant omlaag zouden gaan.

Leren van case-study
Het onderzoek was een bevestiging van het eerdere, bredere, onderzoek over warmtepompen in de gemeente Deventer. De gemeente Deventer besloot, mede door deze case-study, niet de route van buurtwarmtepompen te volgen. Als mensen met een soortgelijke vraag aankloppen bij de gemeente, hebben zij dus snel een antwoord.

Maar ook buiten Deventer is de case-study gelezen, zegt Kasper. “Ik heb iets van honderd aanvragen gehad van geïnteresseerden voor dit rapport, waarvan ongeveer de helft bij een gemeente werkt of advies geeft aan een gemeente.” Op die manier kan het onderzoek naar deze zes woningen ook inzicht bieden voor het aanschaffen van een warmtepomp in vergelijkbare situaties.