Het budget van een tweetal regelingen wordt verhoogd om bedrijven te stimuleren duurzame investeringen te doen, meldt de Rijksoverheid. Het gaat om de regeling Energie-investeringsaftrek (EIA) voor energiezuinige technieken en de regelingen Milieu-investeringsaftrek en Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (MIA\Vamil) voor innovatieve, milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen.

Beide regelingen moeten het aantrekkelijker maken voor ondernemers en bedrijven om te verduurzamen en te investeren in onder andere duurzame verwarming. Hieronder de belangrijkste aanpassingen voor respectievelijk de EIA en de MIA\Vamil.

Wat verandert er voor de EIA?
De EIA-regeling moet een impuls geven aan “energiebesparing, het verminderen van CO2-uitstoot en het toepassen van duurzame energie”. Bedrijven die investeren in technieken op de zogeheten Energielijst kunnen 45,5 procent van de kosten van hun winst aftrekken voor de belasting.

Het budget voor de EIA-regeling voor 2023 wordt 249 miljoen euro, een verhoging van 100 miljoen ten opzichte van 2022. Ook zijn er een aantal wijzigingen in de Energielijst voor 2023. De belangrijkste reden hiervoor zijn de hoge energieprijzen en de technieken die daardoor geen steun meer nodig hebben om financieel aantrekkelijk te zijn. Specifiek voor verwarming gaat het om de volgende wijzigingen:

Voor warmtepompen wordt de investeringsaftrek uitgebreid met een nieuwe categorie voor lucht-waterwarmtepompen met een vermogen groter dan of gelijk aan 70 kilowatt. Voor isolatie voor bestaande constructies wordt de investeringsaftrek uitgebreid met een categorie voor isolatie van wanden. Daarnaast is het voortaan ook mogelijk om de kosten voor kierdichting en een blowerdoortest te melden.

Investeringsaftrek voor een aantal technieken gaat weg. Het gaat om het direct gestookt stralingspaneel, de warmtewisselaar voor vrije koeling, adiabatische bevochtingsapparatuur (een duurzaam alternatief voor stoom) en het energiezuinige afzuigsysteem. Warmte- en, of koudenetten staan niet meer op de Energielijst als gevolg van de nationale subsidieregeling die het kabinet op dat gebied heeft aangekondigd.

Wat verandert er voor de MIA\Vamil?
De MIA\Vamil heeft als doel om het voor bedrijven aantrekkelijker te maken om te investeren in bedrijfsmiddelen (“machines, transportmiddelen, gereedschappen, inventaris en dergelijke”, aldus de Belastingdienst). Met de nieuwe aanpassingen wil de overheid specifiek aansturen op middelen die bijdragen aan de overgang naar “een circulaire economie en een gezonde leefomgeving”.

Het budget voor de MIA\Vamil voor 2023 komt op 217 miljoen euro uit (192 voor de MIA en 25 voor de Vamil). Het kabinet wil voortaan het budget voor de MIA elk jaar met 48 miljoen gaan verhogen.

Net als de EIA de Energielijst heeft, is de MIA\Vamil gebaseerd op de zogeheten Milieulijst. Hierop staan ruim driehonderd bedrijfsmiddelen waar bedrijven fiscaal voordelig in kunnen investeren. Relevante wijzigingen op het gebied van warmte en duurzame bouw zijn:

Voor gasgestookte verwarmingsketels krijgen ondernemers geen belastingvoordeel meer. De overheid zet meer in op aardgasvrij verwarmen.

Bedrijfsmiddelen voor circulaire utiliteitsgebouwen en woningen zijn aangepast. Er komen eisen aan de hoeveelheid hernieuwbare, hergebruikte, demontabele en herbruikbare materialen die toegepast worden in de bouw.