Slimme energiehubs: Ecofactorij toont hoe bedrijven zelf de regie in handen nemen
28.10.2024 Gijs de Koning

Het aantal energiehubs in Nederland blijft groeien. Het bedrijventerrein de Ecofactorij is als energiehub een van de duurzaamste bedrijventerreinen in Nederland. 25 bedrijven stemmen hier hun energievraag en aanbod op elkaar af door slim gebruik te maken van hun warmtepompen, laadpalen, batterijen en andere energie-intensieve apparaten. Steven Lobregt, bestuurslid van de Coöperatief Parkmanagement Ecofactorij, legt uit hoe de Ecofactorij zijn aansluiting en de verdeling van de stroom onderling beheert en wat de voordelen hiervan zijn.
De energiestromen binnen de Ecofactorij worden beheerd binnen een gesloten distributiesysteem (GDS). Lobregt stelt dat de vrijheid om slim om te gaan met energie binnen zo’n systeem veel groter is dan die van een netbeheerder. Daarom kan Ecofactorij beter omgaan met vraag en aanbod en zelfs 15 tot 50 procent meer van de beschikbare infrastructuur gebruiken. De Ecofactorij heeft kan 20 megavoltampère aan opgesteld vermogen op een gecontracteerd vermogen van 14,5 megavoltampère afname en bijna 40 megavoltampère PV-productie op 20 megavoltampère teruglevercapaciteit.
De aansluiting wordt zelfs zo goed benut dat de laatste bedrijven die nog een aansluiting hadden op gaan nu gaan elektrificeren. Lobregt noemt het voorbeeld van een levensmiddelenfabriek op het bedrijventerrein. “Alle warmte wordt straks met een 2 megawatt warmtepomp elektrisch opgewekt. De levensmiddelenfabriek had nog een gasaansluiting maar ook zij gaan nu een 60 en 90 graden warmtepomp inzetten om aan hun warmte te komen. Het GDS heeft de ruimte dit te faciliteren”.
Warmte uitwisseling tussen de bedrijven maakt momenteel geen onderdeel uit van de energiehub binnen de Ecofactorij. Lobregt stelt dat: "Er is momenteel geen uitwisseling van warmte tussen bedrijven, omdat iedereen genoeg eigen warmte heeft. Bedrijven die extreem hoge temperaturen nodig hebben, zoals een smederij, moeten zelf voor hun warmte zorgen. De meeste bedrijven gebruiken warmtepompen die 's zomers voor koeling zorgen en 's winters voor verwarming. Daarnaast is er weinig behoefte aan warmte op lagere temperaturen, zoals 20 tot 50 graden Celsius – dat lost ieder bedrijf zelf op."
Bij het elektriciteitsverbruik van het bedrijventerrein komt wel veel warmte vrij. "Apeldoorn heeft de ambitie om een warmtenet te ontwikkelen, wat fantastisch zou zijn. Als dat lukt, kunnen wij restwarmte leveren via onze warmtepompen. We gebruiken zo'n 14 megawatt aan elektra, en bij het verbruiken van die energie komt een veelvoud van warmte vrij. Dit komt, onder andere, door koel- en vriesinstallaties waarbij 1 megawatt elektra al snel 3 megawatt restwarmte oplevert. Die warmte zouden we graag beschikbaar stellen aan Apeldoorn. Het verkopen van restwarmte is dan ook de volgende grote stap die we hopen te zetten", aldus Lobregt.
Een gebalanceerd smart grid
Het hele energiesysteem van de Ecofactorij maakt deel uit van een smart grid. Het smart grid wordt beheert door de Coöperatief Parkmanagement Ecofactorij. "Wij voorspellen zelf hoe de stroommarkt zich de komende vier uur ontwikkelt. Stel, je verwacht dat de over vier uur er stroomoverschotten komen op de onbalansmarkt, dan kun je nu al het verbruik in bijvoorbeeld een vrieshuis afschalen, zodat je straks vol kunt draaien en geld verdient door stroom te gebruiken bij negatieve onbalansprijzen. Onze batterijen moeten op zulke momenten ook strategisch vol of leeg zijn. Andere partijen zoals Liander en TenneT maken deze berekeningen ook, maar wij kijken naar wat het beste is voor onze leden en controleren constant of je gas moet geven met je stroomverbruik of juist op de rem trappen", aldus Lobregt.
Om het energiesysteem goed in balans te houden en alle belanghebbende partijen tevreden te houden zijn goede communicatie en afspraken met de bedrijven op de Ecofactorij essentieel. Lobregt geeft als voorbeeld een bedrijf dat een snellader heeft staan 360 kilowatt voor het opladen van vrachtwagens. “De lader kan niet gebruikt worden op alleen de stroom van de aansluiting van dat bedrijf om dat die een vermogen van 150 kilowatt heeft. Om toch de vrachtwagen op vol vermogen te kunnen opladen zijn er batterijen toegevoegd aan het systeem. Deze batterijen kan de Ecofactorij weer gebruiken om het net in balans te brengen en er voor te zorgen dat we niet over de afgesproken afname capaciteit van 14,5 megavoltampère heen gaan. Dus is de afspraak gemaakt dat de Ecofactorij deze 5 procent van de tijd mag gebruiken om dit te doen.”
Met een speciaal glasvezelnetwerk komt alle informatie van alle bedrijven bij elkaar. Alles wordt gemeten. Batterijen, laadpalen, warmtepompen, zonnepanelen en alle energiegebruikers worden inzichtelijk gemaakt op het portaal van de Ecofactorij. De privacy van de bedrijven wordt gewaarborgd doordat het netwerk alleen intern communiceert. Van buitenaf is deze informatie niet beschikbaar.
Eigen beheer biedt mogelijkheden
Het elektriciteitsnet van de Ecofactorij is na de 20 megavoltampère aansluiting volledig in eigen beheer. Dit houdt in dat Parkmanagement de aansluitingen verdeelt en de afspraken overziet over wanneer welk vermogen waar mag worden ingezet.
Eigen beheer brengt een aantal grote voordelen met zich mee legt Lobregt uit. “Netbeheerders mogen niet discrimineren. Als iemand zich aanmeldt mag de netbeheerder geen onderscheid maken tussen waarvoor de aansluiting wordt gebruikt. Er zit een wachtlijst voor van andere projecten. Je komt gewoon onderop de stapel. Wij kunnen gewoon zeggen dat iedereen die in 2024 een investering wil doen zich mag melden. Dan gaan we met elkaar managen onder welke condities iedereen kan investeren”, aldus Lobregt.
En slim omgaan met de verdeling is niet het enige voordeel. Lobregt gaat verder: “op onze kabels hebben we temperatuursensoren geïnstalleerd. Op piekmomenten kunnen we meer stroom door een kabel sturen, zolang deze maar niet te warm wordt, want anders smelt de isolatie. Voor korte periodes, zoals een kwartier, kunnen we dus extra belasting aan zonder problemen. Zo kun je de capaciteit van het netwerk met zeker 10 procent verhogen”.
Alles bij elkaar genomen kan het elektriciteit van de Ecofactorij dus efficiënter worden ingezet door de coöperatie van de 25 bedrijven. Lobregt: “Op basis van de ervaring met ons smart grid zien wij dat je ruwweg 40 tot 50 procent meer stroom op een netwerk kan hebben dan de netbeheerders op dit moment doen. En de netbeheerders doen dat niet om de samenleving te pesten, maar die zitten gewoon vast aan allerlei normen, wetten, regels en verouderde beslissingen.”
Momenteel wordt er doormiddel van een digital twin onderzocht of er nog oplossingen te vinden zijn die de Ecofactorij nog efficiënter zouden maken. De Universiteit Twente en Hogeschool Saxion hebben de Ecofactorij in een digitale omgeving nagebouwd en onderzoeken de komende twee jaar welke aanpassingen de Ecofactorij zou kunnen maken om hun aansluiting en onderlinge verdeling nog beter in te zetten. Op basis van de voorstudie wordt verwacht dat de bedrijven hun energiekosten met 7 tot 12 procent kunnen verlagen met optimalisaties in de sturing.