Stroompiek van de warmtepomp verlagen? Verbeter eerst de warmteweerstand van de vloer

31.01.2024 Ton Willemsen Oprichter en eigenaar Tonzon

Stroompiek van de warmtepomp verlagen? Verbeter eerst de warmteweerstand van de vloer

In een recente brief aan de Tweede kamer schetst demissionair minister Rob Jetten een viertal sporen waarlangs netcongestie zou kunnen worden aangepakt. Er is echter een vijfde spoor waarlangs netcongestie kan worden aangepakt en dat blijft (onterecht) onbenoemd: energiebesparing. Door de warmteweerstand van vloeren te verbeteren, verliezen vloerverwarmingen veel minder warmte en hoeven warmtepompen – juist op piekmomenten – veel minder hard te draaien.

In de Kamerbrief stelt Jetten vast dat het elektriciteitsnet alleen vol is op piekmomenten, wanneer de elektriciteitsvraag tegen de grenzen van de netcapaciteit aanloopt. Een belangrijk piekmoment doet zich voor wanneer het buiten erg koud is. Warmtepompen draaien dan op volle toeren, terwijl ze juist op die momenten het minst efficiënt zijn.

In de meeste gevallen wordt de opgepompte warmte gestopt in vloerverwarming. Door geen of onvoldoende vloerisolatie lekt veel van deze kostbare warmte onbenut aan de onderkant weer weg. De huidige streefwaarde voor vloerisolatie is een Rc-waarde van 3,5 en de huidige nieuwbouwnorm voor vloerisolatie is een Rc-waarde van 3,7. Milieu Centraal adviseert bij vloerverwarming een minimale Rc-waarde van 5,0.

De meeste nieuwbouwwoningen krijgen momenteel een warmtepomp met vloerverwarming met onvoldoende vloerisolatiewaarde. Iedere verdubbeling van de warmteweerstand van de vloer levert een halvering op van de warmtestroom door de vloer. Betere vloerisolatie kan daarmee een enorme stroombesparing opleveren juist op piekmomenten.

Spoor 5: betere isolatie, meer energiebesparing
Het verhogen van de streefwaarde en de nieuwbouwnorm voor vloerisolatie kan piekbelastingen tijdens strenge vorst enorm beperken, omdat warmtepompen dan veel minder stroom nodig hebben om de boel warm te houden. Hogere isolatiewaarden stuiten in de praktijk niet op technische, praktische, financiële, milieu- of capaciteitsproblemen.

Wij zelf leveren al jaren vloerisolatie met een Rc-waarde van 7 voor bestaande en nieuwbouwvloeren. Dit in Nederland ontwikkelde isolatiemateriaal heeft nauwelijks invloed op de MPG-score van een woning en sluit perfect aan bij de wens van de Tweede Kamer om het gebruik van milieuvriendelijk en koolstofarm isolatiemateriaal te bevorderen.

Wanneer wij in de toekomst klimaatneutraal en comfortabel willen wonen in woningen met vloerverwarming en een warmtepomp, dan kan dat alleen wanneer we het warmteverlies naar de kruipruimte zoveel mogelijk weten te beperken. Vorig jaar hebben wij het ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties al geïnformeerd over ernstige tekortkomingen in de NTA 8800, waardoor de energiebesparing met vloerisolatie in het algemeen – en die bij vloeren met vloerverwarming in het bijzonder – niet deugt. Het aanpassen van de regelgeving op dit punt hoeft daarom weinig tijd te kosten en zal niet alleen veel stroom, maar ook gas besparen.

Veel meer opties om stroom te besparen
Warmtepompgebruikers ervaren dat de technische ruimte waar de warmtepomp is opgesteld behoort tot de warmste plekken van de woning. Dat komt omdat de aanwezige apparaten en de leidingen weliswaar geïsoleerd zijn, maar de warmte die door de isolatie aan het oppervlak dringt gewoon wordt uitgestraald met een factor 85 tot 95.

Het afdekken van deze oppervlakken met materialen met een lage emissiviteit zal veel warmte en daarmee elektriciteit sparen. Dat geldt ook voor de 3 miljoen close-in boilers die staan opgesteld in de keukenkastjes van particulieren en bedrijven. Het inpakken van zo’n apparaat bespaart circa 80 kilowattuur per jaar. Het kost bijna niets en is eenvoudig gedaan.

Naast deze kleine boilers zijn er ook nog de grotere boilers die permanent warmte en daarmee elektriciteit lekken. Deze apparaten lekken altijd energie dus ook op de piekmomenten. Meer aandacht voor energiebesparing zal dus ook op de piekmomenten het elektriciteitsnet ontlasten.