Van elitepomp naar volkspomp

21.03.2023 Atse van Pelt

Van elitepomp naar volkspomp

Voor het behalen van klimaatdoelen in de gebouwde omgeving kunnen we niet om de (hybride) warmtepomp heen. De grote vervanger van de cv-ketel op aardgas is bezig met een ongekende opmars, gestuwd door stimuleringsregelingen, energieprijzen en flankerend beleid zoals de acties uit het actieplan hybride warmtepompen. Vorig jaar werden er een slordige drie miljoen warmtepompen verkocht in de EU (+38% t.o.v. 2021). In Nederland zaten we op 110.000 stuks, een ongekende groei van 57% ten opzichte van 2021, die nog hoger zou zijn als de markt alle vraag aan had gekund. Zitten we dan in 2026 aan het volume dat nodig is om het grootste deel van de ketelmarkt te vervangen met warmtepompen? Dat is nog maar de vraag.

Eén van de grootste belemmeringen voor de warmtepomp als dominante verwarmingsoplossing, is de prijs. Met de huidige prijs kunnen enkel huishoudens worden bereikt met spaargeld, maar de Nederlander zonder reserves blijft achter – en daarmee een groot markt- en verduurzamingspotentieel. Marktpartijen geven in het Warmtepomp Trendrapport aan dat ze voorlopig nog geen significante kostendaling verwachten en dat er zelfs sprake is van een kostenstijging. Dat is eigenlijk best vreemd in tijden van opschaling. 

Kostprijsdaling wordt gedreven door concurrentie
Bij elke opschaling zien we historisch gezien namelijk steile leercurves. Zo worden zonnepanelen bij elke verdubbeling in geïnstalleerde capaciteit een slordige 24% goedkoper per kWh. Bij wind op zee en Li-Ion batterijen is dit respectievelijk 15% en 18%. Dit soort economische wetmatigheden zie je bij veel nieuwe producten, zo ook bij de hr-ketel die in de jaren ‘90 te duur werd geacht maar nu dominant is. Kostprijsdalingen worden vaak gedreven door concurrentie tussen marktpartijen die marktaandeel willen veroveren. Door de focus te verleggen van product- naar procesinnovatie wordt de kostprijs van een product gedrukt. De fabrikant die dat het beste kan doen is op termijn de meest dominante marktpartij.

Als kostprijsdaling uitblijft gaan er een aantal zaken goed mis
Het is een illusie dat een warmtepomp net zo goedkoop kan worden als een hr-ketel maar ook voor de warmtepomp zouden forse kostprijsdalingen van toepassing moeten zijn. Natuurlijk spelen grondstoffenprijzen en problemen in toeleveringsketens op de korte termijn een grote rol, maar juist op de langere termijn zou er een neerwaartse trend moeten zijn in de kostprijs. Als die daling uitblijft, gaan er een aantal zaken goed mis: warmtepompen blijven op de plank liggen, weerstand blijft bestaan bij Nederlandse huishoudens, subsidie blijft nodig en last but not least komen de klimaatdoelen in gevaar.

Dus de kostprijs moet omlaag
Dit betekent inzetten op het stroomlijnen en automatiseren van het productieproces, gebruik van goedkopere materialen, vermindering van energieverbruik bij productie, optimaliseren van transportketens en het minimaliseren van afval. Daarmee bewegen we zo snel mogelijk weg van de elitepomp en werken we toe naar de volkspomp. Een warmtepomp die voor iedereen financieel haalbaar is. Zodat iedereen kan meeprofiteren van lage energiekosten en het comfort van de warmtepomp.