Afgelopen vrijdag heeft het Duitse parlement een controversieel verbod op nieuwe fossiele verwarmingstoestellen aangenomen. Het verbod moet uiterlijk 2028 ingaan en ligt er na maanden gesteggel via een bevel van de hoogste rechtbank van het land.

Duitsland wil in 2045 klimaatneutraal zijn. Tegen die tijd moeten alle twintig miljoen verwarmingssystemen van het land op hernieuwbare energiebronnen draaien. De uitstoot van Duitse  gebouwen is verantwoordelijk voor maar liefst 15 procent van de totale CO2-uitstoot van het land. Toch werd dit feit jarenlang onder het tapijt geveegd, aldus Euroactiv.com.

Compromis
Het oorspronkelijke wetsvoorstel leidde tot een fel debat over het koolstofvrij maken van de sector. Critici beweerden dat de investeringskosten voor klimaatvriendelijke oplossingen zoals warmtepompen huiseigenaren en huurders te zwaar zouden belasten.

Als reactie daarop bereikte de coalitieregering een compromis door de subsidies op klimaatvriendelijke verwarmingssystemen te verhogen en een breed verbod op nieuwe verwarmingssystemen op fossiele brandstoffen uit te stellen naar 2028 in plaats van het eerder geplande 2024. In de media wordt de verhitte controverse ‘een van de grootste politieke drama’s in de recente Duitse geschiedenis’ genoemd.

Klimaatimpact veel lager
Als gevolg van de wijziging wordt de klimaatimpact van de wet sterk verminderd. Milieuactivisten zijn diep ongelukkig en de industrie klaagt over de onzekerheid die wordt veroorzaakt door de ruzie over de wet en de daaropvolgende vertragingen. Het helpt ook niet dat de conservatieven, die momenteel de peilingen leiden, verklaren dat ze de hele wet zullen schrappen als ze na de verkiezingen van 2025 weer aan de macht zouden komen.

Holger Lösch, van de Branchevereniging Duitse Industrie (BDI): “Het politieke geschil over de Bouwenergiewet heeft voor grote onzekerheid gezorgd en de renovatie van gebouwen vrijwel tot stilstand gebracht.”

Lage percentages energie-efficiënte renovaties
Tegen 2030 zal de wet slechts driekwart van de emissiereducties bereiken die het ministerie vanaf het begin van het jaar in zijn oorspronkelijke voorstel had voorzien. In het ergste geval – ervan uitgaande dat de meeste huiseigenaren zo lang mogelijk wachten voordat ze overstappen op emissiearme verwarmingssystemen – zullen de besparingen in 2030 slechts 11 miljoen ton CO2 bedragen.

Verwarmingssystemen op fossiele brandstoffen zijn nog steeds de norm in huizen in heel Duitsland, waarbij meer dan 80 procent van de verwarmingsvraag wordt geleverd door fossiele brandstoffen. De percentages energie-efficiënte renovaties blijven laag, wat betekent dat de sector niet op schema ligt in het streven van het land om in 2045 klimaatneutraal te worden.