Wil je een koel huis? Plant een boom!

30.06.2021 Simone Tresoor

Wil je een koel huis? Plant een boom!

Weet je wat de grote uitdaging is? Niet hoe we in koude winters onze goed geïsoleerde huizen warm kunnen houden, maar hoe we ze bij toekomstige warme zomers koel kunnen houden. Want laten we wel wezen: niemand slaapt lekker in een slaapkamer waar het 30 graden is.

In de warme zomermaanden kun je maar beter niet in een stedelijke omgeving wonen. Daar kan de temperatuur aanzienlijk sneller en hoger oplopen dan op het platteland en dat scheelt soms maar liefst 3 tot 10 graden. Urban Heat Island of Hitte-Eiland-Effect wordt dat genoemd. Hierdoor kunnen stadsbewoners last krijgen van hittestress wat op zijn beurt weer verminderde nachtrust, gezondheidsproblemen en zelfs verhoogde sterfte kan veroorzaken.

Zomernachtventilatieluik
Hoogste tijd voor (steden)bouwkundigen om hun ontwerpen zo te maken dat de huizen met slimme trucjes optimaal passief gekoeld worden. Want het ziet er nu niet direct naar uit dat de zomers kouder gaan worden. In steden bestaat het oppervlak vooral uit steen, beton, asfalt en andere materialen met een hoge warmtecapaciteit. Deze materialen koelen ’s avonds minder snel af dan het oppervlak in landelijk gebied. Ze blijven nog een tijd de warmte van overdag afgeven aan de lucht.

Carl Peter Goossen van Bouwnext is als ontwerpmanager betrokken bij veel passiefhuis- en nul-op-de-meterprojecten. Hij is fervent voorstander van passieve koeling. Eerder vertelde hij hoe effectief het gebruik van een zomernachtventilatieluik is. Dit komt neer op ’s nachts koelen door een ventilatieluik in de woonkamer en een dakluik te openen waardoor het huis koelt door de ‘trek’ naar boven.

‘Een boom voor je huis staat gelijk aan vier airco’s’

Goossen: “Je kent vast die mooie Leilindes wel, die je tegenwoordig in elke straat voor de huizen ziet staan. Die hadden de boerderijen vroeger ook al, maar daar stonden ze op het zuiden en voor een reden: om de zon buiten te houden. Tegenwoordig is men totaal vergeten dat ze daar eigenlijk voor bedoeld zijn. Mijn advies aan architecten en bouwkundigen: hou de zontoetredingsfactor van een huis scherp in de gaten. Daar valt veel winst te behalen. Zo denkt een leek dat de zuidkant van het huis het warmste is, maar dat heeft hij mis. Het is de oostkant waar de zon om 4 uur bijna horizontaal binnenkomt en de opwarming van het huis begint. Dus maak minder ramen aan de oostkant van het huis en als ze er toch zijn: zet er een boom voor. Zelf heb ik een Acacia, dat is een natuurlijke parasol en die houdt heel veel hitte tegen. Een boom voor je huis staat gelijk aan vier airco’s!”

Maar er zijn meer trucjes om de warmte zoveel mogelijk buiten te houden. Zonwering kan natuurlijk iedereen opnoemen, maar wist je ook dat alleen het uitzetten van je mediabox al scheelt? Die levert continu 36 watt en dat is 315 kWh op jaarbasis. Of laat bij het ontwerpen van een huis een overstek, een overvallende dakrand, intekenen. Zo houd je de hoogstaande zomerzon tegen en laat je de laagstaande winterzon juist binnen.

Het moet allemaal een stuk groener in de stad
Goossen kan nog een misser bij de opwarming van een woning noemen: de technische ruimte. Hier kan het door een netwerk van niet geïsoleerde leidingen en appendages veel te warm worden. Met als gevolg dat de naastliggende ruimte deze warmte overneemt.

Maar goed: je zult dus maar in een warme binnenstad wonen. “Steden moeten vergroend worden – en wel op alle plekken. Dus niet alleen bushokjes met een groen dak erop, maar echt de helft van de verharding weghalen”, vindt Goossen. “Denk ook aan Sedum-daken, geraniums aan de gevel, geveltuintjes, echt alles wat groen is om het vocht op orde te krijgen en minder hitte te creëren.”