Met een bodemenergie warmtepomp is een netcongestiearme woonwijk mogelijk
19.06.2024 Sjoerd Rispens
Aannemers en projectontwikkelaars vullen de verwachte piekvermogensbehoefte, bij de aanvraag voor de aansluiting van een nieuw woonbouwproject, vaak ruim in. Dit gebeurt omdat het aansluitvermogen van warmtepompen negatief zou bijdragen aan netcongestie. Maar dat klopt niet, stellen onderzoekers van Climate for Life in een whitepaper. Het verwarmen en koelen van een all-electric woonwijk, kan volgens hen wel degelijk netcongestiearm plaatsvinden.
Klimaatgarant, dat samen met Itho Daalderop en Trans-ID Climate for Life vormt, focust zich op energieneutrale binnenklimaatoplossingen voor nieuwbouwwoningen. Zij hebben in het whitepaper voor het eerst meetgegevens gepubliceerd van duizenden bodemenergie warmtepompen die ze de afgelopen jaren hebben geïnstalleerd.
De meetresultaten tonen namelijk aan dat het aansluitvermogen van warmtepompen helemaal niet zo’n grote bijdrage levert aan netcongestie als vaak wordt gedacht. En dankzij de bodemenergie warmtepomp kan zowel het verwarmen en koelen van de woning als het verzorgen van warm tapwater zelfs netcongestiearm plaatsvinden.
De resultaten laten zien dat het gelijktijdig vermogen voor de warmtepompen in all-electric woonwijken tijdens de winterpiek beperkt blijft tot ongeveer 0,5 kilowatt per woning. Daarmee wordt zowel de warmtevraag als de warm tapwatervraag in de wijk gedekt. Omdat de koeling via warmte- en koudeopslag plaatsvindt, is er geen sprake van een zomerpiek in het verbruik.
Met een gemiddeld compressorvermogen van 4,6 kilowatt, een Coefficient of Performance (COP) voor tapwater van circa 3 en een COP voor verwarmen van circa 6, bedraagt de gelijktijdigheid (het moment dat warmtepompen op hetzelfde moment aanspringen) ongeveer 50 procent.
Een ander groot probleem dat met minder netcongestie kan worden opgelost, is dat woningbouwprojecten niet meer nodeloos stil komen te liggen. Een aannemer of productontwikkelaar moet bij een aanvraag altijd een opgave invullen met de verwachte piekvermogensbehoefte. De onderzoekers zien in de praktijk dat die opgave vaak ruim wordt ingevuld, want een te lage opgave is niet gewenst.
Maatregelen
De onderzoekers gebruiken de casus van het project Park van Rodenburg in Rijswijk-Buiten als voorbeeld voor andere maatregelen die helpen om een woonwijk netcongestiearm te maken. Deze nieuwbouwwijk omvat 77 eengezins-koopwoningen met verschillende typen daken.
Voor de woningen in Rijswijk zijn bij de bouw de volgende maatregelen toegepast: er is triple glas toegepast met een U-waarde, die aangeeft hoeveel warmte er wordt doorgelaten, van 1. Er is gebruikgemaakt van warmteterugwinning uit ventilatielucht. Bij de douches in de woningen wordt warmte uit het afgevoerde water gewonnen.
Andere maatregelen die helpen bij vermindering van netcongestie: zorg er allereerst voor dat de warmtevraag verminderd wordt door verbetering van de woningschil, bijvoorbeeld door kierdichting. Daarmee kan in de winter 25 procent bespaard worden op de gelijktijdige vermogensbehoefte.
Gebruik daarnaast producten en systemen met het hoogst haalbare rendement. Kies voor de meest congestiearme warmtepomp, te weten de bodemenergie warmtepomp met warmte- en koudeopslag in de bodem.
Om kosten tijdens de aanleg te besparen, wordt er bij een warmtepomp soms voor gekozen om een deel van het benodigd vermogen op te stellen via een elektrisch element. Dit geldt zowel voor verwarmen als voor het maken van warm water. In een netcongestiearm ontwerp is het elektrisch element niet nodig om de woningen in de winter warm te houden of om tapwater op te warmen. Zo wordt voorkomen dat in alle woningen het elektrisch element aangaat als het buiten koud is.
Uit de meetresultaten van Climate for Life blijkt dat er met deze aanpak een vermogen van 0,5 kilowatt voor verwarmen, verkoelen per woning voldoende kan zijn. Naast de voordelen voor het elektriciteitsnet, hebben de maatregelen het positieve gevolg dat het energieverbruik van de woningen aanzienlijk lager wordt. Ook wordt het eenvoudiger om de woningen energieneutraal te maken en zijn er minder zonnepanelen nodig om een A++++-energielabel te halen. De onderzoekers benadrukken tot slot dat de trias energetica centraal moet staan in de strijd tegen netcongestie.
Jos de Vries, adviseur bij BPD Gebiedsontwikkeling is enthousiast over de bevindingen van de onderzoekers. “Netcongestie vormt een urgent probleem en kan tot extra vertraging leiden bij de ontwikkeling van duurzame nieuwbouwwijken. Wij zien de aanpak die Climate for Life beschrijft als een goede oplossing om woonwijken aantoonbaar netcongestiearm te ontwikkelen.”