Waterstofverbruik is in pilot Lochem niet significant anders dan bij aardgas

09.01.2025 Sjoerd Rispens

Waterstofverbruik is in pilot Lochem niet significant anders dan bij aardgas
©Remeha

Begin december 2022 startte in Lochem een pilot waarbij twaalf woningen in de wijk Berkeloord overgingen op waterstof. Er werd drie tot vijf jaar voor de proef uitgetrokken. De bewoners, LochemEnergie, netbeheerder Alliander, producent van waterstofketels Remeha en installatiebedrijf Kimenai werkten samen tijdens het project. Ook de gemeente Lochem en de provincie Gelderland werkten mee. Een belangrijke conclusie is dat het verbruik van waterstof precies is zoals verwacht werd dan met een aardgasaansluiting en cv-ketel.

De samenwerkende partijen hadden, voordat de praktijkfase van de pilot van start ging, al heel wat voorbereidingswerk verricht. Er werd een waterstofgas-afleverpunt ingericht, waar tankauto’s het gas kwijt konden. De installaties en de pijpleiding voor waterstof kwam langs de rivier de Berkel, tegenover de wijk. 

Vanaf het afleverpunt tot aan de straat van de huizen kwam een nieuwe waterstofgasleiding. Bewoners die niet aan het project meededen maakten gebruik van aardgas via een nieuwe leiding die werd aangelegd. Het waterstofgas voor de 12 huizen deelnemende huizen, wat allemaal monumentale panden zijn, ging door de al eerder gebruikte aardgasleiding.

De huizen kregen speciale cv-ketels die waren aangepast op waterstofgas. Ook werden in alle huizen maatregelen genomen voor verdere energiebesparing, zoals bijvoorbeeld dubbel glas.

Functioneren naar verwachting
Welke leerpunten heeft de pilot opgeleverd? LochemEnergie stelde voor alle deelnemers en projectpartners een zogeheten Hanzebox beschikbaar. Dat is een kastje dat realtime de waterstofmeter uitleest en de waarden via internet beschikbaar stelt. Aan de hand van het kastje is het waterstofverbruik vergeleken met het aardgasverbruik van eerdere jaren.

Uit die analyse blijkt dat het verbruik niet significant anders is dan verwacht zou mogen worden met een aardgasaansluiting en aardgas cv-ketel. In de zomer is een aanvullende analyse uitgevoerd op het nachtverbruik omdat dit relatief hoog leek. Na nadere analyse van de gegevens bleek dat dit nachtverbruik niet significant afweek van vergelijkbare woningen en dat het wordt veroorzaakt door de comfortstand van de ketel, waarbij de warmtewisselaar voor tapwater op temperatuur wordt gehouden.

Het opgeleverde waterstofsysteem functioneert naar verwachting en er zijn geen onderbrekingen en incidenten geweest. Tijdens het eerste pilotjaar hebben de deelnemers hun woningen comfortabel kunnen verwarmen. De monitoring heeft het hele jaar constant door gelopen.

De beschikbare capaciteit in het waterstofsysteem was voldoende om de benodigde waterstof te transporteren. Maar, zo stellen de onderzoekers, om een onderbouwde en representatievere conclusie te kunnen trekken over het waterstofsysteem is het van belang dat er meerdere stookseizoenen wordt gemonitord.

Conclusies
De resultaten van 2023 laten zien het aantal woningen op waterstof niet over het gehele jaar gelijk was: op 29 maart is er een woning teruggezet op aardgas, en op 4 oktober en 11 december zijn er woningen bijgekomen.

Het verbruik per woning laat grote verschillen zien. Uitgedrukt in standaardjaarverbruik en aardgasequivalenten varieert het verbruik tussen circa 900 en 4.000 m3, met een gemiddelde van 1.855 m3 per jaar. De grote verschillen kunnen worden toegeschreven aan verschillen in de mate van isolatie, grootte van de woning en bewonersgedrag.

 De onderzoekers concluderen het volgende en merken daarbij enkele belangrijke leerpunten op. De waterstofinstallatie heeft voldoende capaciteit en levert binnen de afgesproken specificaties. Belangrijk leerpunt is dat goed gecontroleerd moet worden of waterstofbestendige onderdelen worden gebruikt.

 Zo bleek de onderhoudsleverancier een standaard rotormeter uit zijn magazijn te hebben genomen, waarvan de pulsmagneten niet waren verzegeld zodat ze in contact kwamen met waterstof en verpulverden. Daardoor werd er een te dikke laag waterstofdebiet gemeten en werd er te weinig geurstof toegevoegd.

De waterstofkwaliteit was over het algemeen goed maar er ontstond wel vocht in de leiding door permeatie, wat inhoudt dat het vocht door de leiding heen ging en deze zich vervolgens als een spons ging gedragen. Dit had echter geen effect op de ketels.

Einde pilot
Waar alle betrokkenen tevreden zijn over het verloop van het project, laat Alliander weten dat de woningen eind dit jaar weer van het waterstof af worden gehaald. “De proef is vanaf het begin opgezet om drie jaar te duren. Het is financieel onhoudbaar om de huizen voor langere tijd van waterstof te voorzien. De geleerde lessen gaan nu toegepast worden in het ontsluiten van de industrie.”