Ook Vlamingen willen duurzaam verwarmen

02.11.2023 Matthias Vanheerentals

Ook Vlamingen willen duurzaam verwarmen
©Daikin

Vlamingen willen wel degelijk investeren in hun woning, zo blijkt uit onderzoek van Daikin. Thijs Van den Brande, expert bij Ode Vlaanderen en eveneens werkzaam bij warmtepompbouwer Daikin, presenteerde de conclusies van het onderzoek op Green Heating Solutions Kortrijk. Hij ziet een grote rol weggelegd voor de rol van energieregisseur om mensen te helpen om de energietransitie te maken.

Daikin heeft duizend Vlamingen (eigenaars-bewoners) ondervraagd over hoe ze vandaag verwarmen en of ze bereid zijn om te investeren in het verwarmingssysteem. Dat leverde hoopgevende conclusies richting de toekomst.

“De Vlaming wil zijn verwarmingsgedrag gaan aanpassen”, zegt Van den Brande. “De Vlaming wil duurzamer gaan verwarmen. Veel mensen hebben op papier oude woningen, maar hebben al gerenoveerd. En hun woning is beter dan op papier. De helft van de woningen is al klaar.”

Van den Brande gelooft dat de Vlaming kan schakelen. “We kunnen schakelen in Vlaanderen. Installateurs hebben ervaring met warmtepompen en kunnen dat doen. Als we het tijdspad en groei aanhouden van de laatste vijf jaar, gaan we ook die transitie kunnen waarmaken. Er is draagvlak bij de eindklant om de transitie te maken. Mensen willen investeren in hun woning en die duurzamer verwarmen.”

Dertig jaar
De vorige warmtetransitie heeft België dertig jaar gekost. Van den Brande roept op om snel te zijn met de nieuwe energietransitie. “We moeten vandaag al met de energietransitie starten. Als we pas in 2030 starten en nog wat tijd nemen om te experimenteren en te zoeken, dan gaan we niet genoeg handen hebben om die energietransitie te realiseren. Er kan vandaag al veel. We gaan nu al mensen nodig hebben, zoals installateurs, die die regisseursrol opnemen.”

Om de energietransitie te realiseren, ligt er volgens Van den Brande een grote rol voor de energieregisseur weggelegd. “Een energieregisseur kan een installateur of energieleverancier zijn die ook de mensen gaat begeleiden in hun afname. Dat is iemand die niet enkel kijkt naar warmtepomp of zonnepanelen, maar die ook nagaat hoe de warmtevraag duurzaam gegenereerd en afgestemd worden op de duurzame elektriciteitsproductie. Als je de warmtevraag, duurzame elektriciteitsproductie en gebruikersgedrag gaat integreren kun je veel meerwaarde creëren voor de eindklant. Je kan gaan detecteren waar er warmte en elektriciteitsvragen zijn. En je kan op maat gaan werken. Zo kunnen we de energietransitie versnellen.”

Huizenmarkt
Er is veel werk aan de winkel. Vooral in de huizenmarkt is er volgens Van den Brande een gemist potentieel voor wat betreft de warmtepompen. “We zien vandaag al dat 50 procent van de woningen kan verduurzaamd worden. Momenteel heeft 3 procent van de huizen een warmtepomp. Het potentieel ligt op 50 procent. We vatten nog geen 10 procent van het potentieel bij vervanging op het einde van de levenstermijn van de ketel vandaag. Als we kijken naar 2030, moet dat 100 procent zijn.”

In de industrie kan volgens Van den Brande de dag van vandaag ook verduurzaamd worden. “We hebben wel wat ruimte ook in de industrie. 40 procent van de warmte van de industrie kan vandaag al verduurzaamd worden. Ook daar zijn we nog lang niet. Er is veel gemist potentieel in de voedings- en papierindustrie.”

De tertiaire sector is momenteel al volop aan het verduurzamen. “Ze hebben de stap al een tijdje genomen. Het is niet enkel verwarmen. Ze werken in veel gevallen met lucht-lucht-warmtepompen, VRF-systemen om hun winkels te verwarmen en te koelen. Ze genereren een meerwaarde.”

Overheid
De technologie voor verwarmen, koelen, moet volgens Van den Brande duurzaam en goedkoop zijn. Hij doet specifiek een oproep naar de overheid om de duurzame technologie niet onnodig te belasten.

“Het moet eigenlijk de meest goedkope technologie zijn. De belastingverschuiving is nodig om hen te overtuigen en te versnellen. Door op een foute manier accijnzen te heffen, houden ze een kunstmatig een duurdere prijs voor duurzame warmte in stand, dan voor fossiele warmte. Ze moeten hun accijnsheffingen beleid gaan aanpassen, zodat de verhoudingen elektriciteit en fossiel naar factor 2 zakt”, aldus Van den Brande.

“Je moet de heffingen verschuiven van elektriciteit naar fossiel. Fossiel zal duurder worden. Elektriciteit zal goedkoper worden. Alle landen doen dat rondom ons. Voor een gezin zal netto de eindkost hetzelfde blijven als ze niet de transitie maken. Wanneer een gezin de transitie maakt zullen zij goedkoper uitkomen.”