TNO: ‘Nederlandse warmtetarief twee tot drie keer hoger dan in andere landen’

02.04.2024 Jan de Wit

TNO: ‘Nederlandse warmtetarief twee tot drie keer hoger dan in andere landen’
©TNO

In 2021 stelde TNO vast dat de Nederlandse warmtetarieven hoger zijn dan in andere Europese landen. Uit nieuw onderzoek blijkt dat de verschillen groter zijn geworden: de Nederlandse warmtetarieven lagen in 2023 twee tot drie keer hoger dan in andere Europese landen. De prijsverschillen zijn volgens TNO lastig te verklaren, maar worden in ieder geval sterk beïnvloedt door de afhankelijkheid van de gasprijs.

In Nederland werd in 2023 gemiddeld 66 euro per gigajoule betaald voor warmte. Dat is twee keer meer dan de 38 euro die er in Duitsland gemiddeld voor een gigajoule warmte werd betaald en drie keer meer dan het gemiddelde Zweedse warmtetarief van 23 euro per gigajoule.

Zonder het prijsplafond zou het Nederlandse warmtetarief zelfs op 96 euro hebben gelegen. In Denemarken, Zweden en Finland was er geen prijsplafond voor collectieve warmte en in Duitsland was er een prijsplafond van 26 euro per gigajoule.

Daarnaast is het verschil in tariefspreiding opvallend volgens de TNO-onderzoekers. Waar de spreiding in Nederland relatief laag is, is die in bijvoorbeeld Denemarken een stuk hoger. Een mogelijke oorzaak zien de onderzoekers in de maximale tarieven die de ACM stelt in Nederland en het gebrek aan financiële prikkels in Nederland om lagere tarieven te vragen.

Ten slotte valt op dat de Nederlandse warmtetarieven ook sneller zijn gestegen dan in de andere onderzochte landen. In Zweden stegen de warmteprijzen het minst met 11 procent tussen 2019 en 2023. In Nederland stegen de warmtetarieven met 62 procent in deze periode.

De verschillen zijn volgens de TNO-onderzoeken weliswaar moeilijk te verklaren, maar worden in ieder geval beïnvloedt door de afhankelijkheid van de gasprijs, die flink steeg vanaf 2022. De andere landen hebben een minder directe koppeling.