Wetenschappelijke Klimaatraad adviseert Nederland om al in 2040 klimaatneutraal te zijn

04.09.2023 Jan de Wit

Wetenschappelijke Klimaatraad adviseert Nederland om al in 2040 klimaatneutraal te zijn
©Vaillant

De Europese Wetenschappelijke Adviesraad voor Klimaatverandering kwam onlangs met het advies aan de Europese Commissie om in 2040 nagenoeg klimaatneutraal te zijn. De Nederlandse Wetenschappelijk Klimaatraad (WKR) beveelt deze lijn nu ook aan. “De wereld verandert sowieso. Laten we zelf bepalen hoe we dat het beste kunnen doen op een duurzame manier”, aldus voorzitter Jan Willem Erisman.

De oprichting van een Wetenschappelijke Klimaatraad stamt uit het coalitieakkoord van het inmiddels demissionaire kabinet. De WKR is dit jaar opgericht om het kabinet en het parlement gevraagd en ongevraagd van advies te voorzien op klimaatgebied.

Lees ook: Wetenschappelijke Klimaatraad compleet

Sindsdien is er flink vaart gemaakt. Waar het advies voor het Klimaatplan 2025-2035 in februari werd verwacht, heeft de WKR nu al een eerste advies gegeven aan de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer. Eind dit jaar zal het eerste formele advies worden gegeven.

De WKR wil benadrukken dat het ingezette klimaatbeleid geen vertraging oplopen. Sterker nog, het klimaatbeleid moet worden versterkt. Hiermee sluit de WKR zich aan bij een lange rij partijen die de overheid hiertoe heeft opgeroepen.

Lees ook: Brede maatschappelijke coalitie: ‘Politiek moet blijven werken aan het klimaat’

De huidige weersextremen zijn het gevolg van de opwarming van de aarde, veroorzaakt door menselijk handelen. Daarbij zijn biodiversiteitsverlies, gezondheid, armoede en ongelijkheid hier sterk aan verbonden.

Om de opwarming binnen 1,5 graden Celsius te houden zijn er volgens klimaatpanel IPCC maatregelen nodig die de maatschappij fundamenteel gaan veranderen. Het beleid alleen laten sturen op CO2-reductie is onvoldoende, dit wordt onderschreven door de WKR.

Versneld naar klimaatneutraliteit
De WKR adviseert drie zaken. Ten eerste zou Nederland in moeten zetten op een snellere transitie naar klimaatneutraliteit. Ten tweede zou Nederland hiervoor maatregelen moeten nemen voor mitigatie én adaptatie aan klimaatverandering. Ten derde zou Nederland systeemperspectief op transities in het energiesysteem, op gebied van grondstoffen en van de landbouw en voedsel moeten geven. Het belangrijkste advies van de WKR is “om versneld naar klimaatneutraliteit te gaan door een ambitieus doel voor 2040 te stellen”.

Nederland en de Europese Unie hebben hun uitstoot van broeikasgassen substantieel verlaagd. De Nederlandse uitstoot van broeikasgassen lag vorig jaar ruim 30 procent lager dan in 1990. Ook heeft mondiaal beleid ervoor gezorgd dat de aarde niet langer afstevent op een opwarming van 3,7 tot 4,8 graden Celsius, maar een opwarming van 2,2 tot 3,5 graden Celsius.

In het Akkoord van Parijs is echter vastgelegd dat de opwarming van de aarde zal worden beperkt tot ruim onder de 2 graden Celsius, met een opwarming van maximaal 1,5 graden Celsius als streefdoel. Om dit te halen is er veel ambitieuzer beleid nodig. Dit sluit aan bij het recente advies van de Europese Wetenschappelijke Adviesraad voor Klimaatverandering aan de Europese Commissie.

Lees ook: EU zou tegen 2040 al vrijwel klimaatneutraal moeten zijn volgens Europese adviesraad

De Europese adviesraad beveelt een emissiereductie van 90 tot 95 procent aan, ten opzichte van 1990. Daarbij zou de uitstoot tussen 2030 en 2050 binnen een bandbreedte van 11 tot 14 gigaton CO2-equivalenten moeten worden gehouden, in lijn met klimaatscenario’s om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden Celsius.

Nederland heeft zich gecommitteerd aan een 55 procent reductie van broeikasgassen in 2030. Dit kabinet had zichzelf ten doel gesteld om op 60 procent uit te komen, maar vanwege de demissionaire status is dat nu nog maar weinig waard. Daar komt nog bij dat het kabinetsbeleid, inclusief de recent aangekondigde extra maatregelen, onvoldoende is voor het streefdoel van 60 procent CO2-reductie in 2030.

Hoewel het Nederland veel zal kosten om tegen 2040 klimaatneutraal te zijn, levert dit volgens de WKR “door het voorkomen van economische schade en door positief effect op de volksgezondheid en voor biodiversiteit” ook veel op. Vanwege de historische uitstoot en economische mogelijkheden van Nederland is dit eveneens “rechtvaardig”.

In het Nationaal Plan Energiesysteem staat de ambitie van een CO2-neutraal elektriciteitssysteem in 2035. Hoewel aandeel hernieuwbare elektriciteit snel toeneemt, blijft het energiesysteem als geheel achter. Hiervoor – en voor energiebesparing – zijn duidelijke keuzes en meer beleid nodig. Net als de Europese adviesraad stelt de WKR dat CO2-verwijdering hierbij “noodzakelijk” is om de klimaatdoelen te halen.

Lees ook: Nationaal Plan Energiesysteem: ‘Genoeg potentie om meerdere sectoren volledig van duurzame Nederlandse warmte te voorzien’

Mitigatie en adaptatie zijn allebei nodig
De temperatuur is wereldwijd inmiddels gestegen met zo’n 1,15 graden Celsius ten opzichte van de pre-industriële periode van 1850 tot 1900 en de gevolgen hiervan worden nu al ervaren. Zo waren de jaren 2015 tot en met 2022 de acht warmste jaren sinds er wordt gemeten.

Hierdoor zal Nederland zich volgens de WKR ook moeten aanpassen aan zaken als droogte, wateroverlast en hittegolven. Zelfs bij een opwarming van de aarde van ‘slechts’ 1,5 graden Celsius zullen de gevolgen enorm zijn. Juist door nu al voor te bereiden kan grote economische schade in de toekomst worden beperkt. Daarbij blijft het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen onverminderd belangrijk.

Wat betreft mitigatie en adaptie is er een transitie nodig naar een productie- en consumptiesysteem met efficiënter en duurzaam gebruik van grondstoffen. In een circulaire economie zorgt de stijgende vraag naar grondstoffen voor de energietransitie niet voor nieuwe klimaatproblemen.

Lees ook: SER: ‘Grondstoffentransitie moet sneller om de klimaatdoelen te halen’

Het belang van systeemperspectief op transities
Om klimaatneutraal te worden is al een gigantische opgave, laat staan om dit in het gevraagde tempo te doen. Daarbij blijkt uit de wetenschap dat grote transities niet lukken met losse veranderingen, waardoor de noodzaak van een systeemperspectief ontstaat.

Volgens de WKR hebben overheden, huishoudens en bedrijven daarom behoefte aan “duidelijkheid en perspectief op de langere termijn”. De WKR adviseert de overheid om mét de samenleving toekomstbeelden, inclusief randvoorwaarden, te schetsen.

Daarbij zijn alleen technologische oplossingen onvoldoende en het innovatiebeleid zou hier rekening mee moeten houden. Zo moeten nieuwe technologische oplossingen minder klimaat- en milieubelastend zijn.

Het toekomstige klimaatbeleid zou met een brede rechtvaardigheidsopvatting moeten worden toegepast. Rekening houdend met de zorgen en belangen van alle betrokkenen, toekomstige generaties, ecosystemen en mensen in andere landen. Dat betekent ook aandacht voor de voedselvoorziening en de landbouw.

De WKR gaat een eerste systeemperspectief en een schets van de transities van het energiesysteem, de voedselvoorziening en landbouw, en het gebruik van grondstoffen verder uitwerken. Eind dit jaar zullen deze zaken en de daaruit voortvloeiende keuzes worden geschetst in het advies voor het Klimaatplan 2025-2035.